Wat betekent een 0 met een horizontaal streepje ( - ) erdoor in de wiskunde?
Toegevoegd na 8 minuten:
Er staat: A 0 B (en dan door de 0 een horizontaal streepje)
GoeieVraag is onderdeel van Startpagina. Startpagina geeft al meer dan 20 jaar een overzicht van handmatig geselecteerde links van relevante en betrouwbare Nederlandse websites.
Startpagina is dé (op)startpagina om je zoektocht op internet te beginnen.
Op zoek naar meer informatie over een specifiek onderwerp? Neem een kijkje op de themapagina's van Startpagina.
GoeieVraag is onderdeel van Startpagina. Startpagina geeft al meer dan 20 jaar een overzicht van handmatig geselecteerde links van relevante en betrouwbare Nederlandse websites.Startpagina is dé (op)startpagina om je zoektocht op internet te beginnen.Op zoek naar meer informatie over een specifiek onderwerp? Neem een kijkje op de themapagina's van Startpagina.
Op deze pagina vind je alle vragen in de categorie Wiskunde. Vragen over aardrijkskunde, astronomie, biologie, filosofie, natuur- en scheikunde, psychologie, sociale wetenschap en techniek vind je in één van de gerelateerde subcategorieën.
Toegevoegd na 8 minuten:
Er staat: A 0 B (en dan door de 0 een horizontaal streepje)
De formule is "De grafiek van f(x) = a(x-d) (x-e) snijdt de x-as in de punten (d,0) en (e,0)"
Dus als er staat 5(x-3)(x-8) zijn de snijpunten (-3,0) en (-8,0)
Maar als "a" er niet is, of in dit geval de 5 en de som is (x-3)(x-8) geldt de formule dan ook?
Zijn de snijpunten dan nog steeds (-3,0) en (-8,0)?
Mijn vraag gaat over statische variabelen en de keuze voor een statistische toets.
Ik zal het even kort toelichten. Voor mijn onderzoek zal ik één protocol (dat bestaat uit een combinatie van twee protocollen) testen op een MRI-toestel. Vervolgens zullen twee radiologen dit beoordelen aan de hand van drie vragen en het geven van scores op een visual analogue scale (VAS), waarbij het laagste getal een 0 is en het hoogste getal een 5. Echter, het is wel een continu doorlopende schaal, waarbij je dus de score in % kan geven eigenlijk (zie afbeelding als voorbeeld).
Het idee is om per protocol een gemiddelde te nemen van de scores van twee radiologen en deze in een boxplot weer te geven. Echter, ik weet dus niet welke variabele ik moet kiezen. Is het een kwantitatieve variabele of een kwalitatieve, en is het dan nominaal/ordinaal/discreet/continu? En eigenlijk kan ik hierdoor ook niet uitzoeken welke statistische toets ik moet gebruiken.
Is er iemand die heer meer van af weet dan ik en zou iemand mij hier mee willen helpen, want ik kom er echt niet uit. :(
Alvast heel erg bedankt!
Twee keer per uur? Dus 24 keer? Of vaker, omdat ze beide draaien? Of om diezelfde reden juist minder? Hoe vaak dan wel?
We komen er hier thuis niet uit.
Er zijn zes mensen die meedoen met lootjes trekken, waaronder 1 stelletje. (Via een lotingssite waarbij je jezelf niet kan trekken)
Hoe groot is de kans dat dit stelletje elkaar trekt? (Wij gingen uit van 1/5 x 1/5 = 1/25. Klopt dit?
Hoe groot is de kans dat minstens 1 van de 2 de ander heeft?
Hoe groot is de kans dat precies 1 van de 2 de ander heeft?