Hoe bereken je een deel als je twee variabelen hebt?
Stel er zijn 3 personen die 300.000 euro moeten verdelen. Persoon b en c hebben ieder 1/3 e deel van (300.000 minus het andere deel van b dan wel c) en a heeft het restant. Hoeveel hebben nu a, b en c ieder?
Als er een afhankelijkheid tussen de variabelen is, kan je het wel uit rekenen (omdat je dan sowieso de een als functie van de ander kan schrijven). Wellicht kan je wat meer info geven, of de situatie nogmaals, maar meer to-the-pount beschrijven?
Je hebt over 1/3de deel EN over een "het andere deel van B danwel C"
Nergens blijkt dat dat andere deel van B of C even groot moet zijn, laat staan hoe groot dat zou kunnen zijn.
1/3 x (300.000 - 30.000*)
= 90.000
B= 90.000 + 30.000 =120.000
C= 90.000 + 30.000 = 120.000
A = 60.000 *Let op dat ik maar een keer 30.000 ervan trek omdat er "dan wel" in de tekst staat wat ik als OF lees.
Is een van de uitkomsten.
Maar ook is het "ene deel b" gelijk aan het "andere deel b" Bedoel je dat?
1/3 (300.000 - x ) = x 300.000 -x = 3x
4x= 300.000
x=75000 Dan heb je dus 1/3 (300.000 - 75.000) = 75.000
B = 75.000 + 75000
C= 75000 +75000
A= 0
Dat zie je ook in de berekening. Ik gebruik alleen x. Maar met "het andere deel" bedoel je dus niet een ander deel, maar dat ZELFDE deel. J
e vraag is echt superverwarrend.
Met een goede uitleg had iedereen hier je probleem in een reactie uit kunnen leggen.
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.