Kale sommen, hoe kan ik deze het best uitrekenen?
Ik ben dus aan het oefenen voor het centraal 3f rekenexamen en ik heb maar geen inzicht deze sommen.. Iemand die me per som wilt uitleggen hoe ik dit het best en het snelst kan doen? En misschien wat tips of ezelsbruggetjes? Alvast heel erg bedankt.
1. 15 - 45 : 3 x 2⁄3
2. 512 x 12 - 256 x 4 = ......
3. 240 : ¾ =
4. 27,05 : 2,5 = .... , ....
5. 3,6 + 3,6 : 3,6 = ... , .
6. (24 x 6,8) : (6,8 x 4) = ...