Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Hoe bereken ik de hoogte van een gelijkzijdige driehoek? Alvast bedankt!

Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
in: Wiskunde
Geef jouw antwoord
0 / 2500
Geef Antwoord

Antwoorden (6)

als je bijv alle zeide 5 zijn. doe je 1tje door de helft. dus 2,5 en dan lange zijde is 5. deze doe je in pythogoras. 5x5=25 en 2,5x2,5= 6,25
bij elkaar is dit 31,25
en daar de wortel dus van is 5,59

Toegevoegd na 51 seconden:
ofterwijl 1 halve zeide in het kwadraat + een hele zijde in het kwadraat en dan de wortel daarvan
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Als de zijdes 3 cm zijn, dan snij je één zijde door midden. Je hebt dan één schuine zijde, één halve zijde en de hoogte van de driehoek (is een doorsnee dus) .

Pythagoras toepassen:
1,5 ^2 + B^2 = 3^2

B = de hoogte van de driehoek

2,25 + B^2 = 9
B^2 = 9 - 2,25 = 6, 75
B = wortel van 6,75 = 2,598

Maar in de wiskunde is het gebruikelijk de wortel vaak te staan, als hij niet precies uitkomt, anders maak je afrondingsfouten.
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Volgens mij gaat dat met de stelling van Pythagoras
AB^2+BC^2=AC^2
Waarbij AB en BC de zijden aan de hoek van 90 graden zijn. Daarna wortel trekken.

Mocht je een van deze lengtes niet hebben maar wel de graden van een andere hoek kun je met de Sinus, Cosinus of Tangens de andere lengte berekenen.

Of is dit te ingewikkeld;)
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Als je vanuit het midden van een zijde naar de tegenoverliggende hoek gaat heb je een rechthoekige driehoek. Pas op die driehoek dan de stelling van Pythagoras toe.

Stel je hebt een gelijkzijdige driehoek met zijdes van L, dan is de hoogte dus:

Wortel((L^2-(L/2)^2)
= Wortel((1^2-(1/2)^2)*L
= Wortel(1-1/4)*L
= Wortel(3/4)*L
= L*Wortel(3)/2
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
* Noem de zijden van de driehoek a(=basis) b en c.
* Trek de loodlijn (=d) uit de tophoek naar de basis a.
* Je hebt nu twee gelijke rechthoekige driehoeken gemaakt.
* Volgens Pythagoras verhouden de zijden van een rechthoekige driehoek zich als (½a)²+d²=b².
* Uit deze vergelijking kun je d berekenen, daar a (en dus ½a) en b bekend zijn.
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Men kan een lijn trekken van het middelpunt van de basis (1/2 * lengte basis) naar de top.
Dan past men Pythagoras toe.
Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
Deel jouw antwoord
0 / 2500
Geef Antwoord
logo van Kompas Publishing

GoeieVraag.nl is onderdeel van Kompas Publishing