Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Waarom is de neutrale pH-waarde op 7 gesteld en niet op bijv. 0 of 10?

Verwijderde gebruiker
6 jaar geleden
LeonardN
6 jaar geleden
+Goede vraag -7 zuurste,
0 neutraal,
7 meest basische
Lijkt mij het meest logische Wellicht zou dat enige verwarring op kunnen roepen, een -minteken verkeerd en dan heb je een omgekeerde waarde, terwijl 0 en 14 niet snel verward kunnen worden.
tinus1969
6 jaar geleden
De pH is geen willekeurig getal; het is de (negatieve) logaritme van de concentratie waterstofionen. In zuiver (neutraal) water is die concentratie 10e-7 (bij 25 C). De pH is dan dus 7.
LeonardN
6 jaar geleden
Juist zover was ik ook, dat is de sleutel en dat legde je helemaal niet uit. Dat is soms het probleem als je iets weet, dan vergeet je blijkbaar dat een ander dat helemaal niet weet.

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Geef jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image

Antwoorden (3)

De pH-waarde varieert van 0 tot 14, waarbij 0 de sterkste zuurgraad en 14 de hoogste alkalische reactie vertegenwoordigt. Bij waarde 7 ligt het neutrale punt, wat bijvoorbeeld bij zuiver water het geval is.
Waarom van 0 tot 14 en niet van 0 tot 10?
De pH-schaal is een logaritmische schaal.
https://www.contratech.nl/sites/default/files/ccs/pdf/technical/Technical%20information%20-%20PH%20Waarden.pdf
Eenvoudig gezegd is de logaritmische schaal een schaal waarbij elke stap een 10-voudige toe- of afname met zich meebrengt. In het geval van de pH schaal betekent dit dat de concentratie aan waterstofprotonen voor elke daling met één pH-eenheid vertienvoudigt.
https://www.natuurkunde.nl/vraagbaak/58824
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
6 jaar geleden
LeonardN
6 jaar geleden
Voor mij is het nu nog niet duidelijk waarom het neutrale punt niet gewoon op 0 ligt
-7 zuurste,
0 neutraal,
7 meest basische
had het net zo goed of in mijn ogen beter kunnen zijn. Lees de vraag ook goed, die vraagt niet waarom het 0-14 is ipv 0-10, maar waarom neutraal 7 is en niet bijvoorbeeld 0. (waarom de vrager 10 als neutraal zou willen zien ontgaat met ook even.)
tinus1969
6 jaar geleden
@LeonardN mijn antwoord is verwijderd maar legde dat uit. Zuiver water heeft van zichzelf pH = 7.
LeonardN
6 jaar geleden
Dat legt NIKS uit, dat is enkel een statement, maar ik ben zelf even aan het zoeken en ik ben er. Het komt idd door de logaritmische schaal.
kierkegaard47
6 jaar geleden
In zuiver water blijkt de concentratie van zowel H + ionen, als van OH- ionen in evenwicht te zijn. Dat verklaart het 'neutraal' deel. Voorts blijkt in zuiver water de concentratie van beide ongeveer 1 op 10.000.000 (H2O molekulen) te bedragen, ofwel 1 op 10^7. Neem je de logaritme van die concentratie H+-ionen (grondtal 10) dan krijg je 7. Nou zou je het middelpunt nog wel rondom 0 kunnen leggen, maar waarom zou je het lastiger maken dan het hoeft te zijn? Waarom überhaupt een logaritmische schaal? Omdat de waarden van concentraties enorm uiteen kunnen lopen: je wilt makkelijk concentraties van 1:10 met die van 1:100.000.000.000 willen kunnen vergelijken zonder meteen met grote getallen te hoeven werken, en dat kan met logaritmen makkelijker. Overigens is het niet zo dat de schaal bij 0 en 14 ophoudt. Waarden boven de 14 of onder de 0 zijn mogelijk, hoewel je het dan wel over extreem sterke basen en zuren hebt.
LeonardN
6 jaar geleden
Dat legt NIKS uit, dat is enkel een statement, maar ik ben zelf even aan het zoeken en ik ben er. Het komt idd door de logaritmische schaal. In water of in een waterige oplossing is een deel van de watermoleculen aanwezig in de vorm van ionen (autoprotolyse). Twee H2O-moleculen zijn dan gesplitst in een positief H3O+-ion en een negatief OH−-ion. Het oplosbaarheidsproduct van de beide ionen in water is 10−14 mol/l (bij 22 °C), dat wil zeggen dat voor elke waterige oplossing geldt dat het product van de concentratie aan OH− en de concentratie van H+ altijd gelijk is aan 10−14 mol/l. Uitgaande van zuiver water is zo veel water in ionen opgesplitst dat zowel de concentratie H+ als de concentratie van OH− gelijk is aan 1:10 000 000 = 10−7. De pH hiervan is volgens de formule dus: {\displaystyle -\log 10^{-7}=-(-7)\log 10=7} -\log 10^{{-7}}=-(-7)\log 10=>>>>7<<<<.
Omdat neutraal hier niet het ontbreken van iets betekent. (Ik kan me voorstellen dat je denkt dat in een zure oplossing veel zuur deeltjes zitten, in een basische veel base-deeltjes en in een neutrale oplossing niets. Dat is echter niet het geval. Je kan het beter zien als het neutraal stellen van de kleur grijs, waarbij zwart het ontbreken is van kleur(0) en wit alle kleur mogelijk is(14).

In water of in een waterige oplossing is een deel van de watermoleculen aanwezig in de vorm van ionen (autoprotolyse). Twee H2O-moleculen zijn dan gesplitst in een positief H3O+-ion en een negatief OH−-ion. Het oplosbaarheidsproduct van de beide ionen in water is 10−14 mol/l (bij 22 °C), dat wil zeggen dat voor elke waterige oplossing geldt dat het product van de concentratie aan OH− en de concentratie van H+ altijd gelijk is aan 10−14 mol/l. Uitgaande van zuiver water is zo veel water in ionen opgesplitst dat zowel de concentratie H+ als de concentratie van OH− gelijk is aan 1:10 000 000 = 10−7. De pH hiervan is volgens de formule dus:

{\displaystyle -\log 10^{-7}=-(-7)\log 10=7} -\log 10^{{-7}}=-(-7)\log 10=
7

Alle oplossingen met een pH van 7 worden neutrale oplossingen genoemd. Zo’n oplossing is niet zuur en ook niet basisch.

Het getal 7 is dus niet uit de lucht gegrepen. Maar slaat dus direct terug op de concentratie.
---

Dit wordt het ionenproduct van water genoemd. Bij 25°C bedraagt dit ionenproduct ongeveer 1,0 × 10−14. De negatieve logaritme van deze waarde wordt de pKw genoemd en wordt gegeven door de uitdrukking:

{\displaystyle pK_{w}=-\log \left(K_{w}\right)=-\log \left(1,0\cdot 10^{-14}\right)=14} {\displaystyle pK_{w}=-\log \left(K_{w}\right)=-\log \left(1,0\cdot 10^{-14}\right)=14}
Aangezien iedere watermolecule dissocieert in een gelijke hoeveelheid hydroxonium- en hydroxide-ionen, kunnen beide evenwichtsconcentraties worden vastgesteld op 1,0 × 10−7 mol/L.

Een oplossing waarin het aantal hydroxonium- en hydroxide-ionen gelijk is, wordt een neutrale oplossing genoemd en bezit per definitie een pH van 7. De pH wordt immers gedefinieerd als

{\displaystyle \mathrm {pH} =-\log \left(\mathrm {[H_{3}O^{+}]} \right)} {\displaystyle \mathrm {pH} =-\log \left(\mathrm {[H_{3}O^{+}]} \right)}
Het evenwicht kan echter verstoord worden door een hoeveelheid zuur of base toe te voegen aan water, zodat de concentraties van de hydroxonium- en hydroxide-ionen van elkaar gaan verschillen.
http://www.eu-re-ka.nl/pH%20berekeningen%20van%20sterke%20protolyten.pdf
(Lees meer...)
6 jaar geleden
Verwijderde gebruiker
6 jaar geleden
Hier maar even de bron erbij, copy-paste
https://nl.wikipedia.org/wiki/PH
LeonardN
6 jaar geleden
Toegevoegd
De pH is geen willekeurig getal; het is de (negatieve) logaritme van de concentratie waterstofionen. In zuiver (neutraal) water is die concentratie 10e-7 (bij 25 C). De pH is dan dus 7.
(Lees meer...)
tinus1969
6 jaar geleden
Deel jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image