Hoe kan water na een regenbui verdampen? Want buiten op straat bereikt het toch niet het kookpunt wat de overgangsfase zou betekenen?
3.5K
3.5K keer bekeken
Verwijderde gebruiker
10 jaar geleden
Ook water in vaste toestand (sneeuw of ijs) verdampt zolang de relatieve vochtigheid van de lucht maar lager is dan de dampdruk van ijs bij die temperatuur. Dit zie je bij vriezend weer, ook als de temperatuur overdag niet boven het nulpunt komt. Dan zullen sneeuw- en ijsresten op de weg langzaam verdampen, soms onder achterlating van een stoflaagje. Nu maar de komende winter hopen op vorst, dan kan je dit controleren.
Als je water in een afgesloten glazen kolf doet en dan met een vacuumpomp de lucht erboven wegpompt, zal het water beginnen te koken. Als de druk maar laag genoeg wordt, zal de verdampingwarmte die aan het water door de verdamping wordt onttrokken, ertoe leiden dat het water zelfs zal bevriezen.
Als je water in een afgesloten glazen kolf doet en dan met een vacuumpomp de lucht erboven wegpompt, zal het water beginnen te koken. Als de druk maar laag genoeg wordt, zal de verdampingwarmte die aan het water door de verdamping wordt onttrokken, ertoe leiden dat het water zelfs zal bevriezen.
Verwijderde gebruiker
10 jaar geleden
En waar is het antwoord dat al gegeven was ivm onderstaande???
"Omdat water niet hoeft te koken om te verdampen. Je verward dus koken met verdampen. Koken is verdampen bij het kookpunt omdat de dampspanning bij die temperatuur gelijk wordt aan de absolute druk.
Bij een lagere temperatuur zoals op straat na een regenbui is de dampspanning veel lager maar nog steeds hoger dan de partieeldruk van de waterdamp.
In feite komt het er op neer dat ongeacht de temperatuur en (partieel)druk water wanneer het zich zowel in de water- als in de gasfase bevindt continu verdampt en condenseert en dit dus gelijktijdig. Wanneer het water sneller verdampt dan condenseert is er sprake van (netto) verdamping en omgekeerd.
De snelheid waarmee water verdampt is afhankelijk van de temperatuur en het contactoppervlak met de gasfase maar in feite is die laatste altijd oneindig groot aangezien 2 ‘samenklittende’ watermoleculen in de gasfase een piepklein waterdruppeltje in de lucht vormen. De snelheid waarmee water verdampt bij een bepaalde temperatuur is dus in feite altijd constant. De snelheid waarmee water condenseert is niet constant maar afhankelijk van de kans die 2 of meer gasvormige watermoleculen hebben om met elkaar te botsen. Hoe meer watermoleculen in de gasfase hoe groter die kans en dus hoe groter de snelheid waarmee het water condenseert. Is de verdampingssnelheid hoger dan de condensatiesnelheid dan vindt er dus netto verdamping plaats. Zijn beide snelheden aan elkaar gelijk dan betekent dat dat de lucht verzadigd is aan water. Want er verdampt evenveel dan er condenseert dus er is geen nettoverdamping meer en dus ook geen toename meer van de luchtvochtigheid.
Bij het koken gaan de moleculen zo hard trillen dat ze niet alleen in contact met de gasfase gaan verdampen maar dat ze zo los van elkaar trillen en zodoende de druk die op de vloeistof wordt uitgeoefend kunnen overwinnen. In praktijk betekent dit dat de dampspanning gelijk wordt aan deze druk. Doordat de vloeistofmoleculen nu ook onder het vloeistofoppervlak van elkaar kunnen trillen ontstaan gasbellen in de vloeistof. De vloeistof kookt.
Dit kan niet alleen door de moleculen harder te laten trillen door een temperatuurstoename. Je kan ook de druk boven de vloeistof laten dalen. Zodoende moeten de moleculen minder druk overwinnen en dus minder hard trillen en kunnen ze dus al beginnen koken bij een lagere temperatuur."
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.