Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

hoe weet je dat een metaalion meerdere valenties kan hebben?

bij bepaalde enkelvoudige ionen wordt er gebruik gemaakt van romeinse cijfers in de naamgeving. zoals bij Hg2+ wordt dan kwik(II)ion. maar bijvoorbeeld Na+ wordt gewoon natriumion. waarom wordt hierbij niet met romeinse cijfers gewerkt?

Verwijderde gebruiker
10 jaar geleden

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Geef jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image

Antwoorden (1)

Van een aantal metaalionen moet je de lading onthouden: Na+ , K+ , Ag+ (KNaAg)
en Al3+. Van ijzer kennen we Fe2+ en Fe3+ . De rest van de metaalionen is meestal 2+.
Praat je over een ijzer-ion, dan moet je aangeven welk: ijzer(II)-ion = Fe2+
Maar voor een kaliumion is dit niet nodig; het is altijd K+.
De uitzonderingen op deze regel moet je aangeven in de naam van het ion. Voorbeeld:
Er bestaat een zout met formule Cu2O. Je weet dat een oxide-ion altijd 2- is, dus de 2 koper-ionen zijn samen 2+. Eén koper-ion is hier dus 1+; dat geef je aan in de naam:
koper(I)oxide; bestaat uit koper(I)-ionen en oxide-ionen.
Het is dus aan te bevelen om een zoutformule, voor je er een naam bij bedenkt, eerst met lading te noteren.
Voorbeeld: Pb(SO4)2 = Pb^4+(SO4^2-)2, naam: lood(IV)sulfaat.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
10 jaar geleden
Deel jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image