Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland
Geef jouw antwoord
0 / 2500
Geef Antwoord

Antwoorden (2)

Dat ligt aan de diepte waarin de ballon zich bevind ,als je de ballon op zeeniveau vult met 1 liter lucht en je brengt hem 10 meter onder water is het volume nog maar 0,5 liter, breng je hem nog 10 meter dieper is de inhoud nog 0,33 liter nog 10 meter dieper 0,25 liter bij 100 meter diepte 0,1 liter, hierdoor levert de lucht minder drijfvermogen naar mate je dieper komt drijfvermogen ontstaat door het vergroten van het volume bij gelijkblijvend gewicht ,vul je een ballon tot 1 liter op 100 meter diepte en breng je hem naar boven vergroot het volume zich waardoor de ballon als hij niet kapotspringt met een flinke snelheid uit het water zal schieten.
Dit principe is de oorzaak van caissonziekte waarbij er in de weefsels zich luchtbellen vormen en niet meer kunnen ontsnappen als een duiker te snel opstijgt en of zich niet aan de rusttijden houdt.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Je zou met de weerstandsvergelijking de weerstandskracht kunnen uitrekenen. Dat is
Fd= 0.5*rho*v^2*Cd*A . Cd hangt af van het Reynoldsnummer, maar ik neeem hier even 0.2 (gladde bol is 0.1 ruwe bol 0.4) A= 0.026 m^2 rho is 1000kg/m^3.
De opwaartse kracht is 10 Newton, Fd=0.05*v^2= 10 , dat zou dus betekenen dat v 14 m/s is in de situatie dat de ballon niet versnelt, zoals in het antwoord hierboven aangegeven komt die situatie niet echt voor omdat de ballon steeds verder expandeert, maar het lijkt me toch een redelijk goede aanname op een gering traject, zeker gezien de onzekerheid over Cd. In principe kun je met de gevonden snelheid het Reynoldsgetal beter schatten en dan weer met een verbeterde Cd waarde de snelheid weer uitrekenen, weer Cd aanpassen enzovoort. Dat wordt een iteratieproces genoemd.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Deel jouw antwoord
0 / 2500
Geef Antwoord
logo van Kompas Publishing

GoeieVraag.nl is onderdeel van Kompas Publishing