Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Hoe weten trekvogels wanneer het tijd is om terug te vliegen?

Er moet iets zijn dat de trekvogels het signaal geeft om terug te vliegen. Ze kunnen immers niet weten hoe het weer is duizenden km. ver. Kijken we naar onze zwaluwen, de massa komt pas hier, als er voldoende insecten zijn.Dat kan je nooit weten als je in zuid afrika zit, hoe hier het weer is, dus voldoenden insecten.

Verwijderde gebruiker
15 jaar geleden
8.9K

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Antwoorden (3)

Volgens een bepaalde bron :
Vogels die het hele jaar op dezelfde plaats blijven noemen we standvogels.
Vogels die wegtrekken uit hun broedgebied naar een 'winterkwartier' noemen we trekvogels. Bij aanvang van het volgende broedseizoen komen deze trekvogels uit hun overwinteringgebied terug naar hetzelfde broedgebied. De spreeuwen bijvoorbeeld overwinteren in Zuid Engeland en zwaluwen in Zuid Afrika, die moeten een afstand van circa 10.000 kilometer afleggen.
Van Noordpool naar Zuidpool

De recordhouder in lange afstand vliegen is de Noordse stern. Deze vogel broedt binnen de Noordpoolcirkel en overwintert in het Zuidpoolgebied. Hij heeft dan een afstand van circa 18.000 kilometer afgelegd. Dus wanneer hij weer terugvliegt naar het eigen broedgebied mogen we zeggen dat de vogel in bijna een jaar tijd de wereld is rondgevlogen!
Waardoor ontstaat de trekdrang?

Het ontstaan van de trekdrang is een ingewikkeld probleem dat beslist nog niet helemaal opgelost is.
Men denkt dat de veranderingen van de daglengte (de tijd dat het licht is) bepaalde hormoonklieren prikkelt, zoals bijvoorbeeld de schildklier. Dat heeft weer gevolgen voor de stofwisseling, waardoor extra vet in het lichaam wordt opgeslagen. Deze vetlaag kan binnen enkele dagen opgebouwd worden en geeft de vogel genoeg reservevoedsel voor de lange vliegreis. Dat is ook wel nodig, want de brandganzen bijvoorbeeld, vliegen van Nova Zembla naar Nederland, een afstand van 3500 kilometer met maar enkele tussenstops.

Wat men vroeger dacht

Dat sommige vogels trekken, weten we nog niet zo lang. Vroeger dacht men dat de vogels die in het najaar wegvlogen en in het voorjaar weer terugkwamen, zich in de winter verborgen of een winterslaap hielden. Van de koekoek dacht men dat deze in de winter in een sperwer veranderde. En van de zwaluw dat deze de winter onder water doorbracht, weggekropen in de modder.
Doordat pas in 1899 een Deen (Mortensen) vogels een genummerd ringetje om de poot deed, kreeg men inzicht in het wonder van de vogeltrek. Jaarlijks worden nog miljoenen vogels geringd. In Nederland circa 80.000 stuks, in Amerika en Canada samen 600.000 stuks en in Rusland 200.000.
Geringde vogels

Vooral jonge vogels die bijna kunnen uitvliegen worden geringd. Verder worden ook nog vogels geringd op vangplaatsen die op een bepaalde trekroute liggen.
Helaas wordt niet iedere ring van een gestorven (of doodgeschoten) vogel teruggezonden. Het terugmeldingspercentage ligt op circa 0,5 %. Toch levert het ringen een schat aan informatie op over de vogel, broedgebied, trekroute, overwinteringgebied, leeftijd, huwelijkspartner, enzovoort.
Verschillen tussen trekvogels

Vlucht brandganzen

Vogels trekken zowel overdag als 's nachts. Vooral het nachttrekken kan men tegenwoordig goed waarnemen met een radar. Echte dagtrekkers zijn kraaiachtigen, zwaluwen, spreeuwen, ganzen, ooievaars en roofvogels. Nachttrekkers zijn onder andere lijsterachtigen, wadvogels en eendensoorten.
Vogelsoorten hebben verschillende trekgewoonten. Ganzen vliegen de trekroute in één of twee vluchten en moeten dus teren op hun reservevoedsel. Zwaluwen echter moeten onderweg hun kostje opdoen en enige uren per dag besteden aan insecten vangen.
Ooievaars en veel roofvogels zijn thermiekvliegers. Dat betekent dat ze zich net als zweefvliegtuigen voort laten glijden in de opstijgende warme luchtstromen, bijna zonder met de vleugels te slaan. Dit gaat natuurlijk niet erg snel en men zegt ook wel dat de ooievaar een luie trekker is. Daar staat tegenover dat bijvoorbeeld de spreeuw met een snelheid van circa 75 kilometer per uur door de lucht raast.
Ook bestaat er nogal verschil in vlieghoogte tijdens de trek. Grutto's vliegen op wel zes kilometer hoogte en de meeste zangvogels op 1500 meter. Maar veel vogels komen nooit boven de honderd meter uit.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
15 jaar geleden
Verwijderde gebruiker
15 jaar geleden
Raystef,bedankt,maar het geeft geen antwoord op mijn vraag. Onze zwaluwe komen hier pas aan als er voldoende insecten zijn en dat is ieder jaar anders toch zijn ze altijd hier op het juiste moment?
Ik lees dat sommige groepen vroeger terugkeren dan anderen vb. in februari wanneer er nog niet veel voedsel zoals vliegjes voor handen zijn. Anderen keren daarna terug. Ik lees op verschillende plaatsen dat ze terugkomen aan de hand van "Gaan de dagen op onze breedten weer lengen, dan komen de boerenzwaluwen onze kant weer op." .Misschien is er een betere verklaring, maar ik veronderstel niet dat ze zeker weten of er hier massaal vliegjes zijn of niet. Misschien wel...wie weet
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
15 jaar geleden
Ten eerste is de trekneiging en de richting waarin vogels trekken erfelijk bepaald. ( Dit is onder andere aangetoond in 1990 door Peter Berthold bij de zwartkop).
Vogels 'beslissen' op basis van de verandering in daglengte wanneer te migreren dit telt voor beide richtingen.
(er word gedacht dat dit via het endocriene hormoonstelsel gereguleerd word)

Met betrekking tot de insecten is het over het algemeen dat de predatoren niet direct door hebben dat er meer prooien zijn, maar zijn ze afgestemd op de zelfde omgevingsfactoren als die prooi. Het is ook waarschijnlijk dat ze hun prooi volgen en dat ze dus mogelijk wel eerder naar Nederland toe zijn gevlogen maar pas in de buurt komen wanneer er ook wat te vinden is.
Vaak heb je met dieren dat de predator niet op precies hetzelfde systeem als de prooi is afgestemd maar op een die daar bijna gelijk aan loopt (en vaak ook wel verbonden is aan het systeem van de prooi), en hoewel de predator nog wel zich kan aanpassen aan kleine veranderingen (zei het door natuurlijke selectie of/en leren) maar dat bij te grote veranderingen te dit scheef gaat lopen om aanpassing toe te laten en dit dus ernstig de predator soort kan bedreigen (komt recentelijk vaak voor in verband met het (te) snel veranderende klimaat)

Ik hoop dat dit een beetje helpt met het beantwoorden van de vraag.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
15 jaar geleden

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 5000
Gekozen afbeelding