hoeveel verschillende soorten water zijn er?

Er zijn verschillende soorten water:

Drinkwater: dit drinken we en gebruiken we om bijvoorbeeld onze mond mee om te spoelen na het tandenpoetsen

Grondwater: dit is water dat in de grond zakt. Grondwater dat wordt opgepompt vanaf een diepte van ongeveer 400 meter, is bijna meteen drinkbaar. Dat komt, doordat het gefilterd wordt door lagen klei en zand.

Oppervlaktewater: dit is het water van rivieren, meren en kanalen. Oppervlaktewater mag je over het algemeen nooit drinken, omdat er bacteriën en giftige stoffen in kunnen zitten.

Zeewater: water uit zeeën en oceanen. Dit mag je niet zomaar opdrinken. Hoewel bijna al het water op de wereld zeewater is, wordt het bijna nooit gebruikt om drinkwater van te maken. Dat is te duur.

Duinwater: dit is water dat in de duinen is gezakt. Het wordt daardoor goed gefilterd, maar het opgeloste zout zit er nog in. Stoffen die in water zijn opgelost, kun je namelijk nooit uit een vloeistof filteren. Alleen destilleren helpt.

Regenwater: dit is water dat in de vorm van regen naar beneden komt. Dit kon je vroeger goed drinken. Maar nu niet meer, omdat er giftige stoffen in terecht zijn gekomen door landbouw, fabrieken, auto's ...

Toegevoegd na 41 seconden:
http://nl.wikibooks.org/wiki/Wikijunior:Natuurkunde/Water

Chemisch gezien bestaat water alleen als H2O, maar atoomfysici onderscheiden ook "zwaar water", hierbij zijn "gewone" waterstofatomen in de watermoleculen vervangen door zwaardere isotopen van waterstof.
De isotopen deuterium of tritium bevatten naast één proton als atoomkern één of twee neutronen waardoor de atoommassa twee of drie keer zo hoog is.

Er bestaat maar één soort water en dat is H2O, Per molecuul twee waterstofatomen, gebonden aan één zuurstofatoom. Echter, met een trucje lukt het om per molecuul twee zuurstofatomen aan twee waterstofatomen te binden, waardoor je waterstofperoxide, H2O2, krijgt. Dat is in feite een oplossing van waterstofperoxide in water. Het wordt verkocht als haarbleekmiddel of als medicinaal spoelmiddel.

Chemisch gezien bestaat water alleen als H2O en dan alleen tussen 0 en 100 graden bij 1 atmosfeer.

Ijs is de bevroren vorm van water en waterdamp (niet te verwarren met stoom) de gasvormige variant.

Fysisch gezien is water een mengsel van isotopen van waterstof en zuurstof (van de eerste nog enigszins meetbaar))
Van waterstof atomen zijn drie varianten H,D en T(ritium, welke laatste een halfwaardetijd heeft van ongeveer 10 jaar.
Omdat tritium zich in de natuur vrijwel niet kan vormen en snel vervalt komt tritium in de natuur praktisch gezien niet voor.
Dat is maar goed ook, het is behoorlijk radioactief.
Deuterium echter is stabiel en een heel klein deel van de waterstofatomen zijn deuterium.
Men noemt zwaar water wel D2O maar in de praktijk komt ook die zeer weinig voor. wat wel meer voor komt is HDO,

Men kan dit winnen met ultracentrifuge, omdat de dichtheid van (half)zwaar water wat groter is dan van H2O.

Men maakt van HDO dan D2O want dat is voor nucleaire tests en voor het vangen van neutrino's erg geschikt (het valt bij een treffer van een neutrino soms uit elkaar en geeft dan een energiepuls af.

Het spul wat men voor fusie gebruikt is Tritium,welke in fusietoestand (boven de 20 miljoen graden en hoge druk)
uiteen valt in helium en twee neutronen en een heleboel energie.

Ik denk dat met de inhoud van de andere antwoorden verder wel een eind te komen zal zijn.

Er zijn twee stabiele isotopen voor waterstof (Deuterium) en drie voor zuurstof (O16,17,18). Geeft dus 9 mogelijke combinaties. De e combinaties met Deuterium hebben andere chemische eigenschappen doordat de waterstofbruggen zwakker zijn. Vooral in de biochemie is dat merkbaar.

Toegevoegd na 7 minuten:
Praktisch gezien betekent het dat er oneindig veel verschillende types water zijn en dat je met isotopenonderzoek de herkomst van water met grote nauwkeurigheid kunt vaststellen, omdat de samenstelling van de mengsels toch wat varieert, doordat de molecuulmassa's erg sterk uiteenlopen (lichtere watermoleculen verdampen makkelijker) en de meetapparatuur erg nauwkeurig is. In de praktijk kijkt men bij een meting alleen naar de zuurstofisotoop-samenstelling.

ik ken er 5
zoetwater
zoutwater
brakwater
oppervlaktewater
bronwater