Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland
Geef jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image

Het beste antwoord

Een elektro-motor (als voorbeeld in deze context) is in feite niets meer dan een pakket magneten, een spoel en een as. De as brengt de kracht over naar bijvoorbeeld de wielen van een auto. Om deze krachten tot stand te brengen is er voor een elektromotor een wisselspanning nodig. Want zonder wisselspanning, is er geen wisselend magnetisch veld, en blijft het anker (het pakket van spoelen/wikkelingen) gewoon stil staan.

Als er dus een wisselspanning wordt ingeschakeld, zal de motor draaien. Hierbij zijn er twee vermogens die simultaan optreden, namelijk het werkelijk vermogen (het vermogen wat hier op de as wordt gezet) en het blind vermogen (om het magnetisme in stand te houden).

Hierbij ontstaan dus ook 2 stromen: een stroom die zuiver ohms is (zeg maar ‘watt-stroom’ Iw) voor het werkelijk vermogen, en een blind-stroom (Ib). Als je ze zou tekenen zouden deze 2 stromen haaks op elkaar komen te staan (onder een hoek van bijvoorbeeld 90 graden). Door de stromen als vectoren op te tellen, is de resultante te berekenen en geeft de schijnbare stroom aan (Is)
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
12 jaar geleden

Andere antwoorden (3)

ik ben geen geleerde , of bekend met de materie ..
maar misschien kun je jouw informatie halen uit de onderstaande link. daar is het e.e.a wel duidelijk uitgelegd volgens mij
succes !
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
12 jaar geleden
Schijnbaar vermogen is P(va)=Ueff x Ieff, hier wordt geen rekening gehouden met de cosinus-phi. de eff-waarde is de gemeten waarde.

Blind vermogen is het reactief vermogen waarbij P(var) = Ueff x Ieff x sin phi.

Dan is er nog het actief vermogen (zoals geregistreerd door uw verbruiksmeter) P(watt)= Ueff x Ieff x cos-phi.
Bij een belasting met weerstanden is de cos phi gelijk aan 1. Bv bij gloeilampen,straalkachel,kookplaat,enz.
Motoren en spoelen(balast van TL) hebben een cos-phi tss de 0,8 en 0,92.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
12 jaar geleden
Om het helder uit te leggen:
as-vermogen = wikkelingsvoltage x wikkelingsstroom x aantal wikkelingen x cos-phi x rendement.
Bij schijnvermogen is de centrale in principe in staat om enorme stromen te leveren - en bij wijze van spreken die centrale met een koffiezwengeltje nog steeds op toeren te houden!
Maar dat geldt niet voor de kabels: die worden warm en dat moet nog wel betaald worden - vandaar dat een bedrijf met veel blindvermogen verplicht kan worden om condensatoren als compenserend tegengesteld blindvermogen te installeren (verschil= 180°).
In winkels is dat weliswaar niet verplicht, maar ik heb meegemaakt dat rekeningbesparingen van 10% kunnen worden bereikt door een condensator van 40µF in de meterkast (wel een spanningzekering erover monteren).

Toegevoegd na 2 minuten:
Met aantal wikkelingen bedoel ik: per fase, want het kunnen halve spoelen in serie zijn.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
12 jaar geleden
Deel jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image