Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Waardoor precies zou tijd veranderen als het aantal kilometers afgelegde weg per 1 seconde groter wordt ?

Men beweert dat bewegen met (bijna) de snelheid van het licht dan de tijd (bijna) stilstaat. Terwijl nog steeds de 300.000 Km per dezelfde 1 seconde geldt. Waardoor is de bewering waar ?

Verwijderde gebruiker
13 jaar geleden
715

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Antwoorden (2)

De bewering is waar door een afspraak die er ooit over gemaakt is.

Nu is de afspraak dat de snelheid van het licht als norm geldt.

Over een poos zou de afspraak kunnen zijn dat de snelheid van neutrino's de norm wordt.

Alles is relatief.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
13 jaar geleden
Cryofiel
13 jaar geleden
Da's geen afspraak. De lichtsnelheid is altijd constant, ongeacht je eigen snelheid. Dit volgde uit de wetten van Maxwell. Het is daadwerkelijk gemeten. Daarna heeft Einstein wat verder doorgedacht op dit principe. Het resultaat was de speciale relativiteitstheorie, en later de algemene relativiteitstheorie. Die theorieën doen voorspellingen. Die voorspellingen zijn getest, en ze bleken te kloppen. Dus geen afspraak. Het is gewoon hoe de natuur nu eenmaal in elkaar zit.
Dat de snelheid waarmee tijd verloopt, afhankelijk is van de snelheid waarmee je je beweegt, is een noodzakelijk (!) gevolg (!) van iets anders.

Namelijk: van het feit dat de lichtsnelheid constant is.

Voorbeeld:

Als ik 25 km/u van jou vandaan fiets, en jij staat stil, dan zie jij dat ik elk uur 25 km verder van jou vandaan ben.

Als ik 25 km/u fiets, en jij fietst met 24 km/u achter mij aan, dan zie jij dat ik elk uur 1 km verder van jou vandaan ben. Want na een uur heb jij 24 km afgelegd, en ik 25 km.

Maar met de lichtsnelheid werkt dat heel anders.

(Ga er even van uit dat je reactievermogen zo snel is, dat je een lichtstraal kunt zien bewegen.)

Als jij in de mist een zaklamp aanzet, en je kijkt hoe snel de "voorkant" van de lichtstraal door de mist van je af beweegt, dan zie je dat de snelheid van het licht 300000 km/s is.

Als jij nu met 299999 km/s achter die lichtstraal aan fietst, dan zou je denken dat de voorkant van de lichtstraal elke seconde 1 km verder van jou vandaan is. Want na een seconde heeft de voorkant van de lichtstraal 300000 km afgelegd, en jij 299999 km.

Maar zo werkt het niet.

Als jij op je fietsje zit en je fietst achter die lichtstraal aan, dan zie je dat de voorkant van de lichtstraal nog steeds met precies dezelfde 300000 km/s van jou vandaan beweegt!

Dus in 1 seconde heb jij 299999 km afgelegd, en de voorkant van de lichtstraal 300000 km MEER dan jij - dus 599999 km.

Althans, dat vind jij - en dat zie jij ook echt, dus je hebt helemaal gelijk.

Maar ik ben blijven staan, en ik zie dat in DEZELFDE seconde jij 299999 km hebt gefietst, en de voorkant van de lichtstraal 300000 km heeft bewogen.

Althans, dat vind ik - en dat zie ik ook echt, dus ik heb helemaal gelijk.

--

De enige manier om ons allebei gelijk te geven, is ervan uit te gaan dat zowel de tijd als de afstand worden beïnvloed door je snelheid. De Nederlandse natuurkundige Lorentz heeft hier veel aan gerekend; daarom worden de omrekeningen van jouw tijdsbegrip naar mijn tijdsbegrip (of andersom), en van jouw afstandsbegrip naar mijn afstandsbegrip (of andersom), Lorentztransformaties genoemd.

Op onderstaande Bronnen kun je hier meer over lezen.
(Lees meer...)
Cryofiel
13 jaar geleden
Verwijderde gebruiker
13 jaar geleden
Beste Cryofiel, ik ga proberen om je denken te volgen. (Begin citaat)
Als jij nu met 299999 km/s achter die lichtstraal aan fietst, dan zou je denken dat de voorkant van de lichtstraal elke seconde 1 km verder van jou vandaan is. Want na een seconde heeft de voorkant van de lichtstraal 300000 km afgelegd, en jij 299999 km. (...) Als jij op je fietsje zit en je fietst achter die lichtstraal aan, dan zie je dat de voorkant van de lichtstraal nog steeds met precies dezelfde 300000 km/s van jou vandaan beweegt!
(Einde citaat) Tussen de twee alinea's zou een verschil moeten zijn die ik niet 'zie'.
Kan je me duidelijk maken wat het verschil is?
Cryofiel
13 jaar geleden
Wat ik bedoel is: hoe snel verwijdert de voorkant van de lichtstraal zich van jou? De eerste alinea geeft aan wat je intuïtief zou denken:
--  Jullie starten gelijk. De lichtstraal is dus naast je, ofwel: 0 km voor jou.
--  Na 1 seconde is de lichtstraal 300000 km verderop.
--  Na diezelfde 1 seconde ben jij 299999 km verderop.
--  De lichtstraal is dus 1 km voor jou.
--  Jij zegt dus: "de lichtstraal beweegt 1 km/s sneller dan ik". Maar als je het gaat meten, kom je erachter dat de lichtstraal na 1 seconde een voorsprong heeft van 300000 km  -  en dus niet van 1 km. Dat is wat de tweede alinea zegt: als je gaat meten, ontdek je dat de lichtstraal niet 1 km/s sneller gaat dan jij, maar dat hij 300000 km/s sneller is dan jij. Dus niet dat de lichtstraal zich met 300000 km/s beweegt (dat is wat ik zie), maar dat de lichtstraal zich 300000 km/s *sneller* beweegt dan jij.
Verwijderde gebruiker
13 jaar geleden
Hoi Cryofiel, bedankt voor je reactie. Ik probeer te blijven volgen. (Begin citaat)
Dat is wat de tweede alinea zegt: als je gaat meten, ontdek je dat de lichtstraal niet 1 km/s sneller gaat dan jij, maar dat hij 300000 km/s sneller is dan jij.
(Einde citaat) Ik denk te begrijpen wat je hier schrijft. Dan komt bij me een eerste vraag op: Het gaat over afgelegde weg. Waardoor verandert dan de tijd/ de (tijd)lengte van die ene seconde ?
Ook is er dan een tweede vraag: Dit kan niet gemeten worden omdat de "tijdmeter" stilstaat (of te langzaam beweegt of zoiets) en dus een verkeerde tijd meet voor de afgelegde weg. Waardoor is deze meting dan juist ?
Cryofiel
13 jaar geleden
Lees hier eens:
http://natuurwetenschappen.nl/modules.php?name=News&file=print&sid=662 Lees vooral vanaf het eerste kopje, "Tijd en Lengte". Daarin wordt met een voorbeeld prima uitgelegd waarom de tijd voor de ene waarnemer met een andere snelheid verloopt dan voor de andere waarnemer.
Verwijderde gebruiker
13 jaar geleden
Hoi Cryofiel, bedankt voor je reactie en de link. Inderdaad prima uitgelegd. Ik begin te begrijpen waar die tijd door komt. Ik ben blijven steken bij de eerste figuur met de spiegels. Hierin staan (naar mijn mening) fouten. Er is aangegeven dat t = 1 nanoseconde en dat T de tijdsduur is voor het op-en-neer gaan van het licht. In de aanvang is bereknd dat dit ook 1 nanoseconde is. Dus T = t. Dit kan in de formule maar 1 keer voorkomen, toch. Voorts is een afstand aangegeven van vT. Maar dit is de afstand waarmee de trein zich heeft verplaatst. Dus T is de meettijd of anders gezegd de waarnemingstijd. Het licht legt de weg af die met pijlen is aangegeven. Deze weg is niet gelijk aan vT. Wanneer je op de schuine zijden van de driehoek de afstand 2L afpast (=T en ook =t) dan zie je dat het licht niet in de spiegel is teruggekaatst, als het met een constante snelheid voortbeweegt. Als ik de formule neem: T = t / sqrt (1 - (v^2)/(c^2)) en ik substitueer de standaard eenheden dan kom ik erop uit dat sec. = sec. / sqrt (1 - (m/s)/(m/s)). Dit wordt uiteindelijk sec = sec. Als ik de formule iets handiger schrijf in sqrt (1 - (v^2)/(c^2)) = t/T en voor t = 1 nanoseconde invul en voor T = 1 nanoseconde invul dan wordt de uitkomst sqrt (1 - (v^2)/(c^2)) = 1, dus moet v gelijk zijn 0 en dit kan niet omdat de trein zich voortbeweegt. Ik denk meer dat de formule niet klopt. Heb je eenzelfde verklaring voor de figuur en de formule?
Cryofiel
13 jaar geleden
Jouw fout begint waar je schrijft "Deze weg is niet gelijk aan vT.". Die weg (de zigzagweg) is juist WEL gelijk aan vT. De bewegende waarnemer weet namelijk niet dat hij beweegt. Dus voor hem is het alsof de linkerkant van de figuur van toepassing is.

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 5000
Gekozen afbeelding