waarom voelt metaal warmer aan dan hout terwijl het op de zelfde plek gelegen heeft

Dat heeft te maken met de mate van geleiding. Metaal voelt ook eerder koud aan dan hout.

Metaal houdt veel beter z'n temperatuur vast. Als je hout en metaal in de zon legt zul je merken dat dat stuk metaal bijna niet vast te houden is bij wijze van spreke, terwijl het hout bijna onveranderd is qua temperatuur.

Haal je ze daarna uit de zon zal metaal er langer over doen om af te koelen dan hout.

Omdat metaal een betere geleider is. Metaal geleidt warmte en elektriciteit beter. Daarom gebruikt men metaal ook als in electriciteitsverbindingen en ook in warmteverbindingen.

Metaal absorbeert de warmte en hout niet

Of metaal warmer of kouder aanvoelt hangt van de temperatuur af van het metaal en het hout.
Als de temperatuur van beide b.v. 10° C is, voelt metaal kouder aan dan hout. De warmte uit je hand stroomt bij aanraking van metaal (wordt beter geleid) sneller weg. Is metaal en hout warmer dan je hand, dan voelt metaal warmer aan dan hout.

Dit alles heeft te doen met de thermische geleidbaarheid van stoffen.
De thermische geleidbaarheid of warmtegeleidingscoëfficiënt (symbool λ) is een materiaalconstante die aangeeft hoe goed het materiaal warmte geleidt.
Daarbij is de warmtegeleidingscoëfficiënt afhankelijk van de temperatuur, dichtheid en het vochtgehalte.
Thermische isolatoren (b.v. hout) hebben een lage waarde van λ-waarde, geleiders (b.v. metaal) een hoge.
Dit gaat ten dele gelijk op met de elektrische geleiding. Metalen hebben bijvoorbeeld zowel thermisch als elektrisch een hoge geleiding. Dit komt omdat zij inwendig een elektronengas bezitten dat zowel warmte als lading transporteren kan.

Enkele voorbeelden van λ-waarden zijn:
hout 0,3 W/m·K
ijzer 79 W/m·K
staal 50 W/m·K

Je ziet dat de verschillen nog al groot zijn.

Het heeft zowel met de warmtegeleiding als met de warmtecapaciteit te maken. De huid heeft receptoren waarmee de temperatuur kan worden geschat. Hoe beter de geleiding tussen wat je aanraakt en je huid, hoe beter de temperatuur te bepalen is. Verder speelt ook een rol hoeveel warmte een voorwerp bevat, dus de warmtecapaciteit. Beide, dus warmtegeleiding en warmtecapaciteit geven een thermische tijdconstante, die een maat is voor het tempo waarmee het materiaal warmte afgeeft aan de huid. Dit geldt trouwens ook voor materialen die kouder zijn dan de huid. Het omslagpunt ligt dacht ik ergens rond de 33 graden.

In hout zit een beetje water. In metaal helemaal niet. water veranderd minder snel van temperatuur. Denk maar aan zeeklimaat en landklimaat. Metaal geleid temperatuur ook beter.