Zijn zusjes vaak ouder dan broertjes?

Je stelling is geen antwoord op de vraag. Ja jongens zijn vaker eerstgeborene, maar dat is enkel een gevolg van het feit dat er meer zijn.
Dat zegt niet dat er in gezinnen waar 2 kinderen zijn van het andere geslacht de jongen ook vaker de oudste is. 2x zoveel jongens als meisjes geeft statistisch: jj
jj
jm
jj
jj
jm mj
mj
mm Ja jongens zijn veel vaker de eerstgeborene (2x zo vaak). MAAR dat is vooral omdat ze vaker voorkomen.
Als je echter kijkt naar mj vs jm is het gelijk. Als de eerste een jongen is zal de tweede vaak ook een jongen zijn en die tellen niet mee.
Andersom. Als de eerste een meisje is, is de tweede nu vaker een jongen. Dat werkt precies tegen elkaar in.

Van mij een +. Als er meer jongens zijn, dan is de kans dus ook groter dat het eerste kind een jongen is (zoals computoon al zegt)

@VraagAntwoord Dan snap je de vraag niet, of mijn uitleg niet, dat dit geen antwoord op de vraag is, maar een stelling die een soort non sequitur-stelling is, en niet eens letterlijk antwoord geeft Dit antwoord is een antwoord op de vraag. "Zijn de meeste eerstgeborene jongens?"
Het antwoord op die vraag is JA. Nu de vraag van erotisi.
Die is als je hem beter verwoord:
"Is in een gezin met twee kinderen waarvan de een een jongen is en de ander een meisje, een geslacht vaker ouder?"
Daarop is het antwoord NEE. Zie mijn 1ste reactie. Je zegt: "Als er meer jongens zijn, dan is de kans dus ook groter dat het eerste kind een jongen is (zoals computoon al zegt)"
JA, maar het is dan OOK zo dat de kans dat het tweede kind OOK een jongentje is. En die uitkomst telt niet mee voor het antwoord op deze vraag.
In mijn voorbeeld vervallen dus alle jj en alle mm.
Wat hou je dan over? jm
jm
mj
mj > Net zoveel meisje die oudste zijn als jongens die de oudste zijn in die gevraagde samenstellingen.

Ik blijf bij mijn mening.

Je geeft geen mening. Je onderschrijft enkel het kloppende feit wat ik ook onderschrijf en wat dit antwoord stelt (jongens zijn vaker eerstgeborenen).
Maar dat is geen antwoord op de vraag.
De vraag gaat niet over alle samenstellingen van alle gezinnen, maar over een deel ervan.
Voor dat deel waar de vraag over gaat geldt niet dezelfde stelling, of we kunnen met die stelling geen antwoord op de vraag verkrijgen. Wat je dus doet is hetzelfde als dit. Iemand vraagt "hoeveel is 6x6?" Jantje antwoord: 6+6=12 Ik zeg: Hoho, dat klopt wel, alleen dat is geen antwoord op de vraag. (en 12 is niet het correcte antwoord hier)
Jij zegt dan: +plusduimpje voor Jantje want 6+6=12 Tja niemand zegt dat 6+6 geen 12 is, maar dan mis je het punt volledig.

het lijkt erop dat het inderdaad puur statistisch gezien niets uit maakt. Echter wat ik bedoel is meer een onderzoek waaruit dat zou blijken en niet een puur statistisch logische berekening.