Hoe kan het dat als je met lichtsnelheid naar bijvoorbeeld de zon gaat dat de zon eerst kleiner lijkt te worden?

Stel je voor dat jij op een lange, rechte weg fietst. De wind komt bijna van voren maar net een tikje van opzij.

Als jij nu steeds sneller gaat fietsen, zul je de wind steeds meer van voren voelen komen. Als je maar snel genoeg fietst, voel je niet meer dat de wind oorspronkelijk ook een tikje van opzij kwam - de wind komt voor jou, als supersnelle fietser, vrijwel recht van voren.

Met licht werkt het op dezelfde manier.

Als je heel langzaam richting de zon vliegt, komt het zonlicht niet alleen recht van voren, maar ook een tikje van opzij, omdat de zon een zichtbare afmeting heeft (je ziet de zon niet als een puntje maar als een schijf). Hoe sneller jij nu richting de zon gaat vliegen, hoe meer je het licht van voren zult zien komen - net als bij de wind die de snelle fietser voelt.
 

Toegevoegd na 51 seconden:
 
Doordat je het licht nu meer van voren en minder van opzij ziet komen, zie je een kleinere zon.