Hoe en waarom kunnen we ‘terugkijken’ naar de Big Bang?

De big bang was niet een explosie zoals wij die kennen.

Bij een normale explosie ontploft er iets op een bepaald moment op een bepaalde plaats. Vanaf die plaats schieten de brokstukken alle kanten op. De brokstukken bewegen zich dus door de ruimte heen van de centrale plaatst af.

Bij de big bang is dat anders.

Ten eerste ontstond tijdens de big bang pas de tijd. Daarvoor was er nog geen tijd.

Daarnaast ontstond de ruimte pas tijdens de big bang.

Dit betekent meteen dat de big bang geen normale explosie was. Er was geen ruimte waarin op een bepaald moment op een bepaalde plaats iets explodeerde.

Lees die vorige zin met me mee: er was geen "bepaald moment", want de tijd bestond nog niet. Er was geen "bepaalde plaats", want de ruimte bestond nog niet. Er was geen "iets", want er bestond nog niets.

In ons huidige heelal zeggen we: de tijd, de ruimte en de materie zelf ontstonden tijdens de big bang. Sindsdien explodeerde de ruimte zelf. Het is dus niet zo dat er brokstukken door de ruimte bewogen, nee, de ruimte zelf werd groter. De materie, die zojuist was ontstaan, hoefde zich helemaal niet te bewegen - die bleef stilstaan in een zich vergrotende ruimte.

Daardoor kun je dus niet zeggen dat wij van de BBlocatie gevlogen komen. Die locatie was nergens en overal. De ruimte zelf expandeert.

Precies daardoor was de hele ruimte, die in het begin nog heel klein was (een paar cc), gevuld met straling. Met het uitdijen van de ruimte zelf is ook die straling verdeeld over een groter volume. Dat betekent minder straling per volume-eenheid, en straling van een grotere golflengte.

Die straling nemen wij nu dus waar als microgolfstraling met een equivalente temperatuur van ongeveer 3 K, die uit alle richtingen tegelijk komt. Dat laatste is logisch: de big bang was overal, dus komt overal straling vandaan.

Helemaal begrijpen kunnen wij dit niet. Wij zijn daarvoor in een verkeerde omgeving geëvolueerd. We kunnen het wel narekenen in de taal waarin de natuur is geschreven, namelijk de wiskunde.