Hoe zijn de kustlijnen van Cap Griz Nez en Cap Blanc Nez ontstaan?

Cap Blanc-Nez sluit aan bij de fel witte kalksteenkliffen van Dover aan de
overkant van het Nauw van Calais. Het is hetzelfde gesteente: zachte kalksteen uit het Boven-Krijt. De krijtrotsen wijzen erop dat het gebied vroeger zee is geweest. In het water leven miljarden microscopisch kleine diertjes, plankton genoemd. Een bepaalde soort, coccolieten, is bedekt met kleine ronde kalkplaatjes. Ze wonen in een klein huisje van kalk, dat ze zelf gemaakt hebben. Als ze sterven blijven hun huisjes intact en zakken naar de zeebodem. Daar vormden ze tijdens het krijttijdperk dikke lagen. Het was een periode die door een warm klimaat gekenmerkt werd. Toen de zeebodem werd opgeheven kwamen die lagen aan de oppervlakte. Nadien werden ze door krachten in de aardkorst tot hoge, witte klippen omhoog geplooid.

Cap Gris-Nez is een klif in ouder gesteente, grijze kalkrijke zandsteen uit het Jura
tijdvak. In deze meer rustige rotsen bevindt zich ook mergel. Door het geweld van de zee erodeerde de rotsmuur die alsmaar landinwaarts werd afgekalfd. De rotskust, vooral bij Gris-Nez, is enige tientallen meters per eeuw afgesleten en zo is er tussen de twee kapen een baai ontstaan.