Hoe werkt het amerkaanse schoolcijfersysteem?

Het Amerikaanse systeem is vergelijkbaar met het systeem dat in Duitsland wordt gehanteerd, waar 1 = A t/m 6 = F.

Er kunnen dus zes mogelijke uitkomsten voor een toets of rapport zijn :
1 / A = zeer goed
2 / B = goed
3 / C = voldoende
4 / D = bevredigend / kan nog net
5 / E = matig
6 - F = slecht.

De vergelijking met Nederlandse cijfers gaat dus niet helemaal op. Een "straight A-student " hoeft dus ook niet altijd alles goed te hebben (de in Nederland ook vrij uitzonderlijke tien) maar grofweg altijd -n in elk geval gemiddeld - cijfers "boven de 8". Daarvan zitten er in elke klas dus altijd wel een paar, in tegenstelling tot iemand die in Nederland uitsluitend tienen zou halen - dat is extreem zeldzaam.

Een D is nog nét geen onvoldoende, maar wordt door leerlingen vaak wel zo gezien. Je mag er echter wel eentje hebben om over te gaan / te slagen als de overige cijfers in orde zijn. Daar speelt natuurlijk ook bij mee dat je niet zoals in Nederland vakken kunt laten vallen voor je eindexamen waar je heel slecht in bent, maar gewoon ook voor alle vakken op je eindlijst beoordeeld wordt (al is het schriftelijk-examendeel niet voor alle vakken en wordt voor een deel van de cijfers op de eindlijst je gemiddelde gebruikt).

Een E laat duidelijk zien dat je echt tekort schiet op een vak, een F betekent dat je het ook niet eens geprobeerd hebt.

Soms wordt er nog wel eens een beetje nuance aan de cijfers gegeven door het plaatsen van een plusje of minnetje. Daarmee is een A+ echt het beste cijfer dat heel dicht in de buurt komt van een tien, en meestal alleen gegeven wordt als een test echt foutloos is gemaakt.

Wanneer de uitslag heel nauwkeurig bepaald moet worden, geeft het cijfer (de letter) aan welk pecentage van een test goed gemaakt moet zijn om dat cijfer te kunnen halen.
Voor een A+ 97 t/m 100 %
Voor een A 93 t/m 96.9 %
Voor een A - 90 t/m 92,9 % etc . (Zie bron).

Als je daar de vergelijking met Nederlandse cijfers doortrekt, zie je dus dat in Amerika alles onder een 6 dus al echt zwaar onvoldoende is (E-F = Minder dan 59,9 %)

Toegevoegd na 2 minuten:
Om een simpele vergelijking te houden :
A = 9 en hoger
B = 8 tot 9
C = 7 tot 8
D = 6 tot 7
E en F - 6 en lager
(Waarbij in de praktijk vooral de inzet van de leerling bepaald of het een E of een F wordt.)