Wat betekent "weelde", "contrareformatie" en "interne excessen" in dit stukje tekst over de kerkhervorming?
Dit stukje staat in mijn geschiedenisboek:
Bovendien stoorden steeds meer mensen zich aan de WEELDE van de kerk en de slecht opgeleide lagere geestelijkheid. Dit leidde tot een klimaat waarin de katholieke kerk onder vuur kwam te liggen. Ze reageerde met onderdrukking op de roep om hervorming, maar pakte met haar CONTRAREFORMATIE ook de INTERNE EXCESSEN aan.
Dit gaat over de kerkhervorming, maar ik snap de betekenissen van de woorden: "weelde", "contrareformatie" en "interne excessen" niet. Kan iemand mij deze uitleggen?
Bedankt.
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.