Poëzie

Uit dit gedicht moet ik eventuele enumeraties (opsomming) vinden, maar ik weet maar niet zeker of er wel opsommingen zijn. Ik twijfel bij de eerste alinea/strofe, de derde en de laatste. Kan iemand me helpen?


JIJ RIJMT

grote gevoelens komen in vlagen
diepe verlangens en dromen in kleur
de klank van je lach en de geur van je geur
en dat ik wie tussen ons komt zou verjagen
mijn nekhaartjes horen jouw stem door de deur
en daar komt nog bij:
jij rijmt op mij

noodlot en lot zijn iets te bevriend
alles gaat goed dus wanneer trekt het scheef
en hoe was het mogelijk dat je toen bleef
en dat ik jou aan weet-niet-wat heb verdiend
mijn hart klopt zijn slagen voor jou dus ik leef
en daar komt nog bij:
jij rijmt op mij

verjaag me versla me
ga bij me weg, verdriet en ontga me
moet me niet
wil me niet
troost en verstil me niet
wat je ook doet blijf rijmen op mij

100en regels, 1000en woorden
bedacht en geschreven, gelezen door jou
verzuchting 'ik wil je' of eeuwige trouw
en dat ik wie jou wat wil doen zou vermoorden
als Eva van Adam was ben jij mijn vrouw
en daar komt nog bij:
jij rijmt op mij
wat je ook doet blijf rijmen op mij

- Dolf Jansen

Ik weet dat hij schrijft over het dichten zelf en hoe hij het soms beu is, maar ik moet een uitgebreide tekst schrijven over dit gedicht tegen vrijdag en ik begrijp verschillende verzen niet. Help ajb

Acrobaten roffelen de trom benen armen benen armen tromgeroffel klimt langs ladders en valt van ladders
PAUKESLAG et voilà glimlach Trom en acrobaten Eén

In mijn herinnering gaat het gedichtje als volgt:
Een vark verbeidt zich in de wei
Een tweede vark voegt zich daarbij
Gezellig voor die varken

Maar ik weet het niet helemaal zeker, vandaar deze vraag