Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

kan ik het grootouderlijk recht tegen gaan ?

hoi ik zit met een vervelend probleem
ik heb al meer als 5 maanden ruzie met mijn schoonouders
en er is al van alles gebeurt ik ben zelfs klacht gaan indien bij de politie zo vielen zij mij lastig maar nu is de vraag mijn vriend en ik willen mijn schoonouders / zijn ouders niet meer zien wij hebben een dochter van 16 maanden en nu komen de feestdagen aan en willen ze haar zien maar na alles wat er gebeurt is willen wij dat niet zij dreigen er mee als we ze de kleinen niet laten zien dat ze dan naar de rechtbank stappen ik raak er zo gestress van en ga op die manier geen leuke feestdagen te gemoed
wat kan ik nu het beste doen ?

Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
1.5K

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Antwoorden (3)

Grootouders hebben in beginsel recht op het zien van hun kleinkind, maar als er een gewichtige reden is om aan te nemen dat het kind ervan schade zou ondervinden, dan kan je aan een rechter vragen om dat recht te beperken. Nu er zelfs bij de politie melding is gedaan jegens uw schoonouders, ben ik van mening dat u in een eventuele rechtszaak een enorm sterke positie heeft.

U zou zelfs zelf bij de rechter een aanvraag kunnen doen voordat uw grootouders dit doen. Het zorgt voor een hoop stress en het is natuurlijk het beste om het uit te praten, maar wanneer dit niet meer mogelijk is, is het de enige stap.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Volgens mij hebben grootouders dat recht niet. Maar ik laat me graag overtuigen, met het artikel in het BW. De bijgevoegde link is wel erg algemeen.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
@JodenHartogh, volgens mij heb je gelijk. In de wet staat
"Het kind heeft het recht op omgang met ".
Er staat niet dat grootouders dat recht hebben.
Grootouders hebben in het Nederlandse recht geen wettelijk recht op omgang met hun kleinkinderen.
Dit geldt uiteraard ook voor andere derden zoals broers, zussen, tantes, ooms en buren. Wel is het mogelijk om de Nederlandse rechter te verzoeken om een omgangsregeling vast te stellen.
Voordat de rechter een dergelijke regeling vaststelt, (die dus wettelijk geen automatisme is maar wel verzocht kan worden), dienen grootouders de rechter een tweetal dingen aan te tonen.

Allereerst is het, gezien de wettekst van art. 1:377a BW, nodig dat grootouders aantonen dat zij in een ‘nauwe persoonlijke betrekking’ met hun kleinkind(eren) staan. Dit criterium wordt, met een beroep op art. 8 EVRM, ook wel ‘family life’ genoemd.
Dat er sprake is van ‘family life’ in de zin van een nauwe persoonlijke betrekking is voor de rechter geen gegeven en zal dus met feiten en omstandigheden aangetoond moeten worden. Wanneer de rechter heeft vastgesteld dat er een nauwe persoonlijke betrekking is, is de eerste juridische hobbel naar het vaststellen van een omgangsregeling genomen. De grootouders zijn dan ontvankelijk in hun verzoek.

In het belang van het kind?
Hierna moet een tweede juridische hobbel worden genomen.
De rechter moet vaststellen of omgang tussen grootouders en hun kleinkind(eren) wel in het belang van dit kind/deze kinderen is. Hierbij zal de rechter afwegen of het belang van het kind zich tegen omgang verzet en, indien een kind twaalf jaar oud is, of het kind zelf bezwaar maakt tegen de omgang. Ook hier dienen de grootouders aan de rechter aan te voeren dat het vaststellen van een omgangsregeling in het belang van hun kleinkind(eren) is. Dit belang is geen gegeven. Denk bijvoorbeeld aan de situatie waarbij de grootouders op (te) grote afstand wonen van hun kleinkind(eren), aan de situatie dat het kleinkind/de kleinkinderen te maken hebben met persoonlijkheidsproblematiek waardoor een omgangsregeling voor hen te belastend zou zijn of aan de situatie dat er sprake is van zeer verstoorde verhoudingen tussen een ouder/ouders en een grootouder/grootouders.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Inderdaad. In de wet staat: "Het kind heeft het recht op omgang met".
Het kind dus, en niet de grootouders.
plus
En hebt u er ook over nagedacht wat dit betekent voor uw kind als het zijn grootouders niet meer mag zien?
Al kan een ruzie nog zo vervelend zijn; het feit dat uw schoonouders uw kind nog willen zien, getuigt van betrokkenheid en genegenheid voor uw kind.
Het die genegenheid ontzeggen omwille van uw persoonlijk dispuut gaat in tegen het recht van uw kind om zijn familie te leren kennen en ermee om te gaan.
Omdat dit kind niet voor u leeft maar zijn eigen leven wenst uit te bouwen, raad ik u aan een regeling te treffen met uw schoonouders.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 5000
Gekozen afbeelding