In welke wet is vastgelegd dat huisdieren niet in een supermarkt mogen komen? (Officiële bron)?

Er staat inderdaad in de wet niet letterlijk geschreven dat een hond (of een ander dier) een supermarkt niet in mag. Maar er staat wel geschreven dat een hond niet is toegestaan in ruimtes waar voedsel wordt bereid, of onbewerkt en onverpakt voedsel wordt opgeslagen.
En dan kom je in een wat onduidelijk gebied. Want er zijn supermarkten waar ze in de zaak zelf brood afbakken. En soms zijn er afdelingen waar ze kaas en vleeswaren verkopen, die nog niet zijn verpakt.
Daarom is het zeer dringende advies van de Voedsel- en Warenautoriteit aan de supermarkteigenaren om honden te weren uit hun zaken. Doen ze dat niet, en bij een controle blijkt dat een hond wel binnen is gelaten maar volgens de wet niet is toegestaan, dan zijn de problemen voor de eigenaar van de supermarkt heel groot. Dan is (tijdelijke) sluiting mogelijk aan de orde.
Daarom zal in de huisregels, die in dit geval een aanvulling zijn op de wetgeving, zijn opgenomen dat er geen honden zijn toegestaan. En op het moment, dat jij de winkel betreedt, moet je je aan de huisregels houden.
Op de wet wordt overigens een duidelijke uitzondering gemaakt voor hulphonden. Deze honden moeten altijd toegang krijge.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ziet erop toe dat het voedsel veilig is en blijft om te eten. Zij doen dit aan de hand van regels voor voedselveiligheid die zijn vastgelegd in de Warenwet of in Europese wetgeving.
De NVWA is ontstaan uit een fusie van de Voedsel en WarenAutoriteit (voorheen de Keuringsdienst van Waren), de Algemene Inspectiedienst (AID) en de Plantenziektenkundige Dienst (PD). De NVWA valt onder het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).

Een hond in de supermarkt mag niet vanwege de voedselhygiëne. Tegenwoordig worden er in supermarkten ook waren vers bereid ( vleeswaren snijden, vers vlees inpakken, brood bakken. Zelfs al zou het geen wettelijk voorschrift zijn dan nog is de eigenaar de baas van de zaak. Deze kan zonder meer beslissen dat honden er niet welkom zijn.
In principe mag dus de winkeleigenaar zelf beslissen of deze al dan niet honden toelaat in zijn zaak. In bepaalde gevallen is men zelfs verplicht om honden te weigeren. Ook als één van de medewerkers allergisch voor is voor bepaalde dieren is dit een reden om deze dieren te weigeren.
Blindengeleidehonden mogen in geen enkele winkel worden geweigerd.
Nederland heeft op 14 juli 2016 het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap geratificeerd. Dit betekent dat op die datum het VN-verdrag is geaccepteerd door Nederland en in werking is getreden. Vanaf deze datum kunnen mensen met een handicap daarom rechtstreeks aanspraak maken op dit verdrag.
Via de een wetgeving die een specifieke uitzondering maakt voor geleidenhonden, volgt automatisch dat andere dieren niet zijn toegestaan.
De Internationale toezichthouder is een VN-comité. Nederland moet aan dit comité rapporteren over de implementatie van het verdrag. Dat was de eerste keer in juni 2018, daarna elke vier jaar.
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:02004R0852-20090420&from=en
Hfdst IX punt 4

De wettelijke basis kan worden gevonden in Europese Verordening 852/2004 ,die directe rechtskracht heeft. Bijlage II, hoofdstuk IX, punt 4 (pagina 51 van bijgevoegde link):

"Er moeten ook adequate maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat huisdieren op plaatsen kunnen komen waar levensmiddelen worden bewerkt, gehanteerd of opgeslagen (of, indien de bevoegde autoriteiten zulks in speciale gevallen toestaan, om te voorkomen dat huisdieren die daar wel komen verontreiniging van de levensmiddelen veroorzaken)."