Wie heef er Voorrang bij het verlaten van een woonerf?

Bestuurders die het woonerf vanaf de weg binnenkomen of die het woonerf verlaten en de weg op rijden, moeten het overige verkeer (dus ook voetgangers) voor laten gaan.
Dit geldt als er een uitrijconstructie is.
Is er geen uitrijconstructie dan zijn bestuurders die uit het erf komen gewoon voorrangsgerechtigd.
Het verlaten van een uitrit staat niet gelijk aan het verlaten van een erf (tegenwoordig in het RVV gewoon erf)
http://ienm.rijksopenheid.nl/item.php?id=9066&naam=ienm
Een situatie op een foto is nooit goed te beoordelen. Vandaar dat er verzekeringsexperts zijn die zich persoonlijk op de hoogte stellen van de situatie zoals die was ten tijde van het ongeval. Is er geen uitrijconstructie dan dient de bestuurder die uit het erf komt voorrang te krijgen. Je mag nooit voorrang nemen maar dient het te krijgen, iedereen kan een fout maken waardoor je de voorrang die je zou moeten krijgen niet krijgt.

Verkeer van rechts heeft hier voorrang, want de situatie is niet ondubbelzinnig herkenbaar als uitrit. Het is bovendien geen woonerf (bord woonerf/einde woonerf mist)

Weliswaar loopt de trottoirbestrating door, maar het trottoir is niet (meer) verhoogd en er zijn geen inritblokken gebruikt. Voor ondubbelzinnige herkenbaarheid horen er 'inritblokken aan beide zijden van de uitrit' te zijn (zie bron).

De ander had daar voorrang. Of beter gezegd jij had voorrang moeten verlenen.

http://www.elderveld.nl/fileselderveld/media/Kent_u_de_verkeersregels_op_woonerven.pdf

---
Bestuurders die het woonerf vanaf de weg binnenkomen, of die het woonerf verlaten,
moeten het overige verkeer (dus óók voetgangers) voorrang verlenen. Daarbij is de in-
/uitgang van een woonerf vormgegeven als een uitrit met doorlopend trottoir.
---

Er is hier dus wel sprake van een uitritconstructie, jij reed een stoep over die doorloopt in dezelfde kleur als deze daarvoor al was.
---
http://www.verkeerskunde.nl/vraag-antwoord/vraag-en-antwoord/is-dit-een-uitrit-of-niet.40250.lynkx

----
Vanuit juridisch oogpunt (een samenvatting van relevante rechtspraak) lijkt de lijn de volgende te zijn.

Voor de beantwoording van de vraag of het in een situatie gaat om een uitrit zijn de uiterlijke verschijningsvormen bepalend, Is de desbetreffende constructie voor iedere verkeersdeelnemer duidelijk als zodanig herkenbaar? Een uitrit is een uitrit, als deze er ook als zodanig uitziet.



De aansluiting/uitmonding van weg X op weg Y kan in de praktijk gekenmerkt worden als een uitrit, als blijkt dat (1) het trottoir langs weg Y ononderbroken doorloopt en (2) ter hoogte van de uitmonding wat type en kleur bestrating betreft ten opzichte van het trottoir niet afwijkt. Als aan deze twee criteria wordt voldaan, mag van de weggebruiker verwacht worden, dat hij of zij de uitrit als zodanig herkent en zich overeenkomstig gedraagt. Met name deze bovengenoemde passage komt vaak terug in rechtspraak over kruisingen en uitritconstructies.
----
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHLEE:2011:BR1297

https://www.google.nl/maps/@51.1975231,6.0128257,3a,75y,107.34h,71.76t/data=!3m6!1e1!3m4!1s7yuImx9U0XsCBHGHDiC_8g!2e0!7i13312!8i6656
9. Naar het oordeel van het hof is er in het onderhavige geval sprake van een uitrit en niet van een kruising zoals de officier van justitie betoogt. Het hof acht hierbij met name van belang dat het trottoir langs de Ronkenweg ononderbroken doorloopt en ter hoogte van de uitmonding voor wat betreft type en kleur bestrating niet afwijkt. In de onderhavige situatie mag van de weggebruikers worden verwacht dat zij de uitrit als zodanig herkennen en zich overeenkomstig gedragen.