zijn het beginsel fairplay en verbod van vooringenomenheid hetzelfde?
Bestuursrecht awb
http://www.feltz.nl/nl/actualiteiten/nieuws/nieuws_item/t/besluit_in_strijd_met_verbod_van_vooringenomenheid.
Een klein voorbeeld van zaken die zeer vaak voorkomen. Er zijn bevoegdheidsbewijzen waarbij men opnieuw examen moet doen als het bewijs verlopen is. (Vroeger b.v. bij rijbewijzen en vaarbewijzen).
Stel het bevoegdheidsbewijs is geldig tot-en-met 23 mei 2016. Het verloopt dus op 24 mei 2016 om 0.00 uur. Helaas, er moet opnieuw examen gedaan worden, maar de kandidaat maakt bezwaar tot aan de Raad van State toe.
Op grond van art 2:4 van de Algemene Wet Bestuursrecht mag zelfs de hoogste algemene bestuursrechter op grond van geen enkel argument toestemming geven het bevoegdheidsbewijs zonder examen (met goed gevolg afgelegd) alsnog te laten verlengen.
Zelfs niet als de betreffende bestuursrechter er geen persoonlijk belang bij heeft. Ook het Fair-play-beginsel is gebaseerd op art 2:4 van de Algemene wet Bestuursrecht. Het Fair-play-beginsel stelt dat de overheid zich onpartijdig dient op te stellen bij het nemen van een besluit en moet de noodzakelijke openheid en eerlijkheid in acht nemen. De Belastingdienst b.v. kan geen gebruik maken van zijn bevoegdheid om informatie te vragen die voor de heffing van belasting wel van belang is, maar om langs die weg kennis te vergaren van die rapporten en geschriften
http://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/bldcontentnl/standaard_functies/prive/contact/niet_met_ons_eens/spelregels/fair_play Misschien kan SimonV van het bovenstaande nog iets toevoegen bij zijn antwoord.
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.