Is 'Lantaarnpalen aan, fietslicht aan' een officiële regel, of gewoon een door ouders bedachte richtlijn?
3.1K
3.1K keer bekeken
Geef jouw antwoord
Het beste antwoord
Dit is geen officiële regel. Straatlantaarns branden niet overal op dezelfde tijd, dat wordt per gemeente ingesteld, op welke uren de lantaarn brandt, zeker vandaag de dag, zijn niet alle straatlantaarns de hele nacht aan, in verband met de bezuinigingen.
Je kunt hier dus niet op vertrouwen. Ook kan een lantaarn wel eens stuk zijn, of uitvallen als de stroom uitvalt. Voor je eigen kinderen kun je dus beter een ander ezelsbruggetje verzinnen.
Wanneer moet je verlichting voeren?
Je voert 's nachts verlichting (tussen zonsondergang en zonsopgang) en overdag als het zicht ernstig belemmerd wordt, bijvoorbeeld door mist.
Je kunt hier dus niet op vertrouwen. Ook kan een lantaarn wel eens stuk zijn, of uitvallen als de stroom uitvalt. Voor je eigen kinderen kun je dus beter een ander ezelsbruggetje verzinnen.
Wanneer moet je verlichting voeren?
Je voert 's nachts verlichting (tussen zonsondergang en zonsopgang) en overdag als het zicht ernstig belemmerd wordt, bijvoorbeeld door mist.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Andere antwoorden (1)
Je voert 's nachts verlichting (tussen zonsondergang en zonsopgang) en overdag als het zicht ernstig belemmerd wordt, bijvoorbeeld door mist.
Verlichting op de fiets
Voor heb je wit of geel licht, achter rood licht.
De verlichting schijnt recht naar voren en recht naar achteren.
De verlichting mag niet knipperen.
Sinds november 2008 mag je ook losse lampjes gebruiken, maar het is altijd beter de verlichting vast op de fiets aan te brengen op een logische plek. Lampjes die op de borst of op de rug gedragen worden, kunnen immers sneller - onbedoeld - door kleding, tassen of armen worden afgedekt. Dan is de zichtbaarheid ineens erg slecht. Bovendien moet de plaats waar een fietslicht zit moet voor automobilisten duidelijk zijn. Als een automobilist plots moet beslissen of het bijvoorbeeld veilig is om naar rechts uit te wijken, zal deze in een ‘split-second' zoeken naar een licht op de hoogte waar hij het verwacht. En dat is niet hoog op de borst of rug van een fietser.
Verlichting op de fiets
Voor heb je wit of geel licht, achter rood licht.
De verlichting schijnt recht naar voren en recht naar achteren.
De verlichting mag niet knipperen.
Sinds november 2008 mag je ook losse lampjes gebruiken, maar het is altijd beter de verlichting vast op de fiets aan te brengen op een logische plek. Lampjes die op de borst of op de rug gedragen worden, kunnen immers sneller - onbedoeld - door kleding, tassen of armen worden afgedekt. Dan is de zichtbaarheid ineens erg slecht. Bovendien moet de plaats waar een fietslicht zit moet voor automobilisten duidelijk zijn. Als een automobilist plots moet beslissen of het bijvoorbeeld veilig is om naar rechts uit te wijken, zal deze in een ‘split-second' zoeken naar een licht op de hoogte waar hij het verwacht. En dat is niet hoog op de borst of rug van een fietser.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Deel jouw antwoord