Wat is acculturatieprobleem v62.4?

De code V62.4 komt uit de DSM-IV, het diagnostische handboek van de psychiatrie. De V-codes worden gebruikt voor problemen of situaties die aandacht nodig hebben, maar geen stoornis zijn. Zo bestaat er een V-code voor 'studieprobleem', die genoteerd zou kunnen worden wanneer iemand op school lage cijfers haalt. Niet dat dat een psychische stoornis is, maar de behandelaar moet alert zijn dat dit probleem stress op kan leveren bij de patiënt, en mogelijk aandacht nodig heeft in de behandeling. Zo zijn er ook V-codes voor bijvoorbeeld een rouwreactie, voor bijwerkingen van medicatie, of relatieproblemen. Dat zijn geen psychische stoornissen, maar aandachtspunten. Letterlijk worden V-codes in de DSM omschreven als "andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn". Het gaat er dus om dat de psycholoog of psychiater zich ervan bewust moet zijn dat dit iets is dat speelt bij de patiënt.

De door jou genoemde V-code, V62.4, staat inderdaad voor acculturatieprobleem. Deze code wordt gebruikt bij problemen die te maken hebben met het aan moeten passen aan een andere cultuur, zoals bij migranten of vluchtelingen. Maar ook in het klein kan er sprake zijn van acculturatieproblemen wanneer iemand binnen hetzelfde land verhuist, of zich in een andere subcultuur gaat begeven. Een acculturatieprobleem is dus géén psychische stoornis. Het is een probleem dat mogelijk aandacht en zorg behoeft, maar het is dus geen ziekte, stoornis of 'iets in je hoofd', maar het is een moeilijkheid in sociale of maatschappelijke zin.

De vraag of jij ziek bent, is een hele andere. V-codes kunnen worden genoteerd bij patiënten waarbij verder geen psychiatrische diagnose vastgesteld kan worden, maar ook bij patiënten die wél één of meer psychische stoornissen hebben. Voor wat betreft de diagnostiek met gebruik van het DSM-model is vooral de diagnose op as-I (klinische syndromen, zoals depressie, angst, psychose, eetstoornis, etc.) en as-II (persoonlijkheidsstoornissen zoals borderline, paranoïde, antisociaal, etc.) van belang. Daarnaast is het heel belangrijk om te kijken naar het functioneren van de patiënt, want geen twee patiënten met een aandoening zijn hetzelfde. Zonder te weten wat er bij iemand is vastgesteld op as-I, as-II en eventueel as-III (lichamelijke aandoeningen) is aan de hand van eventuele V-codes niet te zeggen of iemand al dan niet ziek is. Een acculturatieprobleem is in elk geval géén ziekte, hoewel het zeker wel problemen kan veroorzaken.