Bij wie ligt het initiatief voor een bindend referendum?

Er zijn verschillende soorten volksraadplegingen of referenda.
Referenda kunnen bindend of niet bindend zijn. Bij een bindend referendum wordt, meestal bij een hogere dan een vooraf vastgestelde minimale opkomst, de uitslag overgenomen. Bij een niet bindend of adviserend referendum wordt de uitslag beschouwd als een advies aan de volksvertegenwoordiging en kan het overgenomen worden. Dat is meestal ook het geval.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Volksraadpleging#Soorten

Een initiatiefwetsvoorstel tot wijziging van de grondwet, strekkende tot invoering van een bindend correctief referendum [...] werd op 15 april 2014 in eerste lezing door de Eerste Kamer aangenomen. Het wetsvoorstel in tweede lezing werd op 23 mei 2017 door Tweede-Kamerlid Van Raak (SP) in procedure gebracht, nadat de leden van de fracties van de initiatiefnemers bekend hadden gemaakt hiertoe zelf niet bereid te zijn. Op 27 september 2017 werd door de Tweede Kamer gedebatteerd over het voorstel in tweede lezing. Het wetsvoorstel werd op 23 november 2017 verworpen. [...]
En dit was al de tweede keer dat een dergelijk plan het niet haalde. (Nacht van Wiegel, 1999).
https://nl.wikipedia.org/wiki/Volksraadpleging#Bindend_referendum

Het antwoord op de gestelde vraag luidt dus: In Nederland bestaat het bindend referendum niet. Je kunt er dus ook geen initiatief toe nemen: je kunt over een bepaald onderwerp geen bindend referendum aanvragen. Ook de regering kan dit niet.
Net zomin als dat je bij wijze van spreken op de (Nederlandse) Waddeneilanden de trein zou kunnen nemen.

In België heeft men in het verleden zijn vingers behoorlijk verbrand aan het onderwerp volksraadpleging. Op nationaal niveau was dat dan ook meteen de laatste keer.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Volksraadpleging#Koningskwestie


Een eventueel initiatief om over dit regeringsinstrument zelf andermaal te proberen de Grondwet te veranderen, zodat het bindend referendum alsnog mogelijk zou worden, zou van een groep burgers kunnen komen en via de volksvertegenwoordiging (politieke partijen) in stemming gebracht moeten worden.