Als we artikel 1 van de Grondwet er even buiten laten, waar is dan de vrijheid van godsdienst in de grondwet vastgelegd?

Artikel 6: Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging

Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden (2008)
Hoofdstuk 1: Grondrechten

Artikel 6
1.
Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.

Voor onderwijs is naast art. 6 van de Grondwet vooral artikel 23 bepalend.

Je kunt het zo zien: artikel 6 is een zg. klassiek grondrecht. Dat houdt min of meer in dat de staat zich onthoudt van bemoeienis op bepaalde terreinen; mensen wordt daarin een bepaalde ruimte gegarandeerd om naar eigen denken te handelen. Op het gebied van religie houdt dat in dat de staat zich niet zal mengen in religieuze aangelegenheden 'behoudens ieders verantwoordelijkheid voor de wet'. Die laatste zin speelt als bijv. de openbare orde (o.a. veiligheid) gevaar loopt; dan kan de staat beperkingen stellen aan de vrijheid van godsdienst. (bron 1).

Artikel 23 regelt meer specifiek de vrijheid van onderwijs. Dit is een van de zg. sociale grondrechten. Dit geeft wèl een verplichting aan de overheid om op een bepaalde manier te handelen. Artikel 23 geeft de mogelijkheid om aan een school een bepaalde richting te geven; dit kan levensbeschouwelijk (protestant-christelijk, rooms-katholiek, joods, islamitisch), maar ook onderwijskundig van aard zijn (Dalton, Jenaplan, Montessori).
Art. 23 geeft ook o.a. een gelijkelijk recht op het verkrijgen van subsidie voor zo'n 'bijzondere' school.