Worden de publieke omroepen gesubsidieerd? En wat zijn de gevolgen voor ze i.v.m. de bezuinigingen?

De publieke omroepen kunnen bestaan door subsidiëring enerzijds en opbrengst uit de reclame anderzijds. Dit geld wordt verdeeld onder een aantal omroepen, met elk een eigen achterban en ideaal.
De publieke omroepen moeten aan een aantal eisen voldoen ten aanzien van de inhoud van hun programma's. Zo moet een bepaald percentage van de programma's educatief of van maatschappelijk belang zijn. Zo garandeert de overheid een bepaalde kwaliteit van informatie-voorziening.
Het is voor iedereen mogelijk een publieke omroep te starten, als je een groot aantal handtekeningen en leden kan verzamelen. Dit is de laatste jaren ook geregeld gebeurd waardoor er nieuwe omroepen zijn ontstaan als BNN, Max en WNL.
Minder subsidie betekent dat de omroepen hun programma's niet op de huidige manier kunnen blijven maken. Een voor de hand liggende oplossing is om het aantal omroepen terug te brengen. De omroepen zullen dus moeten fuseren. Dit is in de praktijk echter lastig, omdat de omroepen, op basis van hun idealisme of religie, moeite hebben met de fusie.

In België worden de publieke omroepen gesubsidieerd door de gewestregeringen. De Vlaamse overheid neemt VRT voor haar rekening, in Wallonië is dat RTBF.

De gevolgen van besparingen zijn vooral banenverliezen én minder producties van eigen makelij. Daardoor moeten mediabedrijven meer herhalingen uitzenden OF producties aankopen uit het buitenland (wat véél goedkoper is dan eigen producties maken of outsourcen.)