Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

"hij is er goed van af gekomen': is dit taalkundig zo goed?

of moet het zijn met 'vanaf'aan elkaar? of moet het zijn afgekomen (aan elkaar dus)?

Verwijderde gebruiker
6 jaar geleden
in: Taal
Verwijderde gebruiker
6 jaar geleden
https://onzetaal.nl/taaladvies/ervan-afkomen-ervanaf-komen-er-afkomen-eraf-komen/
LeonardN
6 jaar geleden
Ik vond vooral deze alinea interessant (uit diezelfde link): https://onzetaal.nl/taaladvies/ervan-afkomen-ervanaf-komen-er-afkomen-eraf-komen/
"Ervanaf en eraf staan hier los van komen. Het is bijvoorbeeld ook van de trap af komen, van iemand af komen en van zijn luie reet af komen. In een zin als 'Ik wil dat die verslagen binnenkort afkomen' is afkomen wél één woord. >>>Overigens vermeldt Van Dale (2005) bijvoorbeeld er gemakkelijk (van) afkomen, van de trap afkomen en van iemand afkomen. Over deze kwestie — hoort het voorzetsel (zoals af) bij het werkwoord of niet? — wordt verschillend gedacht.<<< Wat ons betreft wordt af los geschreven van het erop volgende werkwoord als er sprake is van een verwijdering, ook al is die figuurlijk." Freekfluweel ziet het zoals "Van Dale"
shabti en Amadea zoals "Onzetaal"

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Geef jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image

Het beste antwoord

De woorden 'er, daar, hier en waar' worden in een zin vaak gevolgd door voorzetsels of door de bijwoorden 'af, heen, mee en toe'. Vaak is er dan twijfel of die combinaties aan elkaar geschreven moeten worden of niet. De spelling van zulke combinaties hangt samen met de structuur van de zin.

Als deze elementen samen één zinsdeel vormen, is er sprake van een voornaamwoordelijk bijwoord. In de zin "Ze klom op de ladder en is daarvanaf gevallen" vormt daarvanaf een voornaamwoordelijk bijwoord, met als betekenis: van die ladder. In de zin "Ze sport veel en is daarvan afgevallen" is daarvan (met de betekenis 'van/door het sporten') een voornaamwoordelijk bijwoord en hoort 'af' bij het werkwoord.

En hoe gaat het dan bij jouw zin, hoort 'af' bij het werkwoord of maakt het deel uit van het voornaamwoordelijk bijwoord? Bedoel je met jouw zin dat hij bijvoorbeeld in een hoogspanningsmast is geklommen en veilig weer naar beneden kwam? Dan is hij daar goed van afgekomen. Ik ga er echter vanuit dat je bedoelt dat hij ergens onderuit is gekomen waar hij erg tegenop zag. En dan is hij er dus goed vanaf gekomen.
(Lees meer...)
Amadea
6 jaar geleden
SimonV
6 jaar geleden
Dit lijkt me het meest plausibel.
Plus.
LeonardN
6 jaar geleden
Das mooi want Ik volg hem nog niet. vallen en dan ergens vanaf vallen
vs.
afvallen (als in gewicht verliezen)
Duidelijk Maar nu afkomen en afkomen. of komen en komen?
Wat is het verschil in het werkwoord dat als het letterlijk bedoeld wordt, je het aaneen moet schrijven en als het figuurlijk bedoeld is los moet schrijven? Ik zou denken:
Of het is zoals Freekfluweel (Van Dale) het zegt.
Dan is hij daar goed van afgekomen. (berg)
Dan is hij daar goed van afgekomen. (probleem) Of het zoals shabti (Onzetaal) het zegt:
En dan is hij er dus goed vanaf gekomen. (berg)
En dan is hij er dus goed vanaf gekomen. (probleem) De uitleg in het antwoord kan wel kloppen, maar dan moet je aanvoeren waarom het ene (af)komen het andere niet is. Moet ik uit dit antwoord halen dat het bij een berg "afkomen" is en bij een probleem komen? Dit stuk van onzetaal
https://onzetaal.nl/taaladvies/ervan-afkomen-ervanaf-komen-er-afkomen-eraf-komen/
"Ervanaf en eraf staan hier los van komen. Het is bijvoorbeeld ook van de trap af komen, van iemand af komen en van zijn luie reet af komen. In een zin als 'Ik wil dat die verslagen binnenkort afkomen' is afkomen wél één woord. Overigens vermeldt Van Dale (2005) bijvoorbeeld er gemakkelijk (van) afkomen, van de trap afkomen en van iemand afkomen. Over deze kwestie — hoort het voorzetsel (zoals af) bij het werkwoord of niet? — wordt verschillend gedacht. Wat ons betreft wordt af los geschreven van het erop volgende werkwoord als er sprake is van een verwijdering, ook al is die figuurlijk." Dus ik hoop dat iemand het duidelijk kan maken waarom deze zelfverzonnen optie zou kloppen. Deze vraag wordt heel mooi gesteld:
"En hoe gaat het dan bij jouw zin, hoort ‘af’ bij het werkwoord of maakt het deel uit van het voornaamwoordelijk bijwoord?"
Maar dan volgt er iets wat ik niet kan volgen.

Andere antwoorden (2)

Het werkwoord is: afkomen, dus moet het zijn: afgekomen

Toegevoegd na 4 minuten:
vD: 9
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
6 jaar geleden
Zowel ervanaf komen als eraf komen is juist. Dus: 'Colette is er weer gemakkelijk vanaf gekomen' en 'Colette is er weer gemakkelijk af gekomen.' Hiermee wordt bedoeld dat Colette geluk heeft gehad: het is haar niet moeilijk gemaakt.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
6 jaar geleden
Deel jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image