Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van schromen?

De man keek voorzichtig en schromend of de man keek voorzichtig en met schroom?

10 jaar geleden
in: Taal
Verwijderde gebruiker
10 jaar geleden
Dit woordentype wordt bijwoord (adverbium) genoemd omdat het betrekking heeft op een werkwoord. Een bijvoeglijk naamwoord (adjectief) heeft betrekking op een naamwoord. Maar je hebt gelijk, de onderscheiding van deze twee types heeft voor het Nederlands weinig zin, omdat zij meestal qua schrijfwijze én qua betekenis identiek zijn.
Verwijderde gebruiker
10 jaar geleden
Ik heb pas het antwoord van Poet gelezen. Het blijft dus wel een bijvoeglijk naamwoord, maar bijwoordelijk gebruikt.

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Geef jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image

Het beste antwoord

De man schroomde om te kijken. De man keek aarzelend.
Schromelijk bestaat wel, maar betekent wat anders. Dat heb je schromelijk overdreven.

Toegevoegd na 31 minuten:
Een correcte toepassing van schromend is bijvoorbeeld:
"Er is een schromend tekort aan personeel". Dat betekent niet dat dit tekort aarzelend is, maar hier heeft 'doen schromen' de betekenis van 'afstoten' en is het dus afstotelijk.
(Lees meer...)
Amadea
10 jaar geleden

Andere antwoorden (2)

Bijvoeglijke naamwoorden geven een eigenschap of toestand aan van een zelfstandig naamwoord. Bijvoeglijke naamwoorden kunnen op vier manieren gebruikt worden: attributief, zelfstandig, predicatief en bijwoordelijk.

Een attributief gebruikt bijvoeglijk naamwoord staat direct voor het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort: de schromende man.

Een zelfstandig gebruikt bijvoeglijke naamwoord staat los in de zin: het is niet de vlotte maar de schromende.

Een predicatief gebruikt bijvoeglijk naamwoord staat onder meer in zinnen met een koppelwerkwoord; het is dan het naamwoordelijk deel van het gezegde: 'Zijn houding is schromend'. Ook als een bijvoeglijk naamwoord gebruikt wordt als bepaling van gesteldheid, is het predicatief gebruikt: 'Schromend stond de man daar'.

Als het bijvoeglijk naamwoord bijwoordelijk gebruikt is, is het een bijwoordelijke bepaling. Meestal wordt het bijvoeglijk naamwoord dan ook een bijwoord genoemd.

De man zijn omgangswijze met deze kwestie is schromend.
(Lees meer...)
10 jaar geleden
Volgens mij is het bijvoeglijk naamwoord in dit geval beschroomd.
(Lees meer...)
SimonV
10 jaar geleden
Deel jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image