Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Antwoorden (3)

Stel er is een blokje van 6 vierkante cm maak da nu 2 keer zo klein dan is da 3 vierkante cm het betekent gedeeld door 2
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Beste NieuwsGierige, Maak je het oppervlakt 'twee keer zo klein' of de zijde van jouw vierkant?
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Blokjes hebben trouwens kubieke centimeters.
Twee keer zo klein is precies het tegenover gestelde van twee keer zo groot. Als een lente 2 keer zo groot wordt vermenigvuldig je deze met 2, als een lengte 2x zo klein wordt deel je deze door twee.

Dit geldt met alles, als een oppervlakte 2x zo groot wordt doe je deze maal 2, als deze 2x zo klein wordt, dan deel je deze door 2.

Let op! Het is niet zo dat als een oppervlakte 2x zo klein wordt dat de lengte van de zijden dan 2x zo klein worden!
Stel je hebt een vierkant met oppervlakte 16 (deze heeft zijden van 4). Een twee keer zo klein vierkant heeft oppervlakte 16/2=8. De zijden van dit vierkant zijn wortel(8)=2*wortel(2). Dit is niet 4/2=2.
Let dus goed op wat precies 2x zo klein is.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
De vraag staat terecht in "Taal" en niet in "Wiskunde" dus we kunnen het af zonder rekenvoorbeelden.
Twee keer zo klein (als de grootte halveert) is een logische (spreek)taalkundige variant op twee keer zo groot, als de grootte verdubbelt.
Hoewel handig en duidelijk in de spreektaal, is het wiskundig niet verantwoord. Of je moet vinden dat je de "kleinte" met 2 kunt vermenigvuldigen.
Het wordt ook niet consequent gebruikt. Wel twee keer zo klein, kort, hoog, diep en zo, maar niet twee keer zo laag of ondiep.
Nou kun je bij "twee keer zo klein" nog zeggen "half zo groot", maar bij andere factoren wordt het lastiger: De sneeuwpop was na drie dagen al drie keer zo klein. Je moet dan wel met "klein" werken, of je moet zeggen "één-derde zo groot", maar dat doet niemand. Ik ook niet.

De clou is natuurlijk dat de wiskunde wel overweg kan met grootte, lengte, diepte, hoogte, dikte en breedte maar niet met kleinte, kortte, ondiepte, laagte, dunte en smalte.
Als een touw 2 meter lang is, is-ie ook 2 meter kort. Dus als je hem wiskundig 2 x zo kort maakt, dan is-ie 4 meter kort. (En lang).
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Amadea
11 jaar geleden
Maar dat laatste klopt toch niet? Het touw is 1 meter wanneer het twee keer zo kort is als 2 meter.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Dan mis je ws mijn stelling, Amadea: als je een "kortte" van 2 meter vermenigvuldigt met 2, dan wordt de kortte 4 meter.
Gesteld natuurlijk (en dat deed ik), dat lengte en kortte verschillende benamingen zijn voor hetzelfde begrip.

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 5000
Gekozen afbeelding