Is er een algemene regel voor het uitspreken van afkortingen in het Nederlands?
Naar aanleiding van een andere vraag over afkortingen vroeg ik me af of er een vuistregel is voor het uitspreken van afkortingen. Vooral bij Engelstalige met techniek/ICT-gerelateerde zaken is er nogal wat verschil in hoe mensen een en ander uitspreken. Aangezien veel van deze termen niet direct in het woordenboek verschijnen is er vaak ook weinig over te zeggen.
Ook is het me niet helemaal duidelijk wanneer je nou wel of niet een afkorting als losse letters uit moet spreken of wanneer je ze als een woord uit mag spreken.
Enkele voorbeelden:
Hi-Fi / Wi-Fi : HaiFai, HaFie, WieFie, WaiFai
iOS : Ai OO Es, Ie OO Es of zelfs iejos
NEC: eN Ee Cee of nek
Als je in Duitsland bijvoorbeeld over de adak(ADAC) praat kijkt iedereen je raar aan, bedoel je Aa Dee Aa Tsee? Hier maken we geen woorden van afkortingen!
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.