Passen adjectieven zich aan dat en die aan?
Als er 'de' of 'het' voor een woord staat dan krijgt het bijvoeglijk naamwoord een +e: de blauwe tafel/het blauwe tafeltje
Als er 'een' voor een woord staat en dat woord is een het-woord, dan krijgt het bijvoeglijk naamwoord geen +e, maar in het geval van een 'de-woord', wel: een blauwe tafel/een blauw tafeltje
Hoe zit dit met 'dat' en 'die' ?
Ik zou zeggen 'die blauwe tafel', dat klinkt correct voor mij, maar 'dat blauw tafeltje' ook, terwijl ik denk dat het 'blauwe' in dat laatste geval moet zijn, nietwaar? Ik heb heel vaak de neiging om als een woord door 'het' voorafgaat, om het bijvoeglijk naamwoord niet aan te passen:
Hoe is het met dat lief hondje van je/lieve hondje van je.
Hoe zit dit met deze en dit ?
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.