Waarom eindigen zoveel talen op -s?
Bijna alle benamingen voor talen eindigen op een -s:
Nederlands, Spaans, Engels, Chinees, Japans, Duits, Zweeds, Fins, ...
Er zijn natuurlijk heel wat uitzonderingen op:
enkel de Nederlandse benamingen eindigen op een -s; wanneer we naar een taal als het Quechua of het Sanskriet refereren, gebruiken we meestal de eigen benaming (de benaming van het volk zelf) en bijgevolg geen Nederlandse benaming. Meestal zijn dit ook minder gekende talen.
Een uitzondering hierop is het Latijn. Een goed gekende taal, en toch hebben we het nooit over het 'Latijns'.
Ik vraag me af waar die 's'-uitgang in het Nederlands vandaan komt. Is dit een restant van een oude genitief ("de taal van de Spanjaarden" en dus "Spaans")?
Kan iemand hier een sluitend antwoord op geven?
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.