Waar komt , in het gezegde "vooruit met de geit "die geit vandaan?

Vroeger hadden de kleine keuterboeren een geit. Om het dier te kunnen melken moest het worden opgejut. Toe dan, vooruit! Daar reageerde de geit dommig en lomp op, zodoende dat het woord geit ook die bijbetekenis kreeg. Na langdurige actie kon het boertje dan uiteindelijk gaan melken.

De geit staat bekend als niet erg meegaand, het is een beetje een koppig dier. Zie de uitdrukking 'bokkig' (bok = mannetjesgeit) voor iemand die niet wil meewerken, die tegenwerkt.

Vooruit met de geit zeg je wanneer het allemaal niet erg opschiet, terwijl je gewoon vaart wilt maken (handen uit de mouwen wilt steken, de boel eens flink wilt aanpakken enz.).

Volgens mij komt het uit de tijd dat geiten ook wel als trekdieren voor kleine voertuigen ('bokkenwagens') werden gebruikt. Men zei 'vooruit met de geit' als het voertuig in beweging moest komen.