Nederlandse grammatica oefenen?

Probeer dit eens:
Neem een zin die je ergens leest of hoort.
Schrijf die over op een leeg blad. En ondertussen of direct daarna stel je je voor wat de gebeurtenis is die zin. Gewoon fantaseren, een beeld of you tube-je in je hoofd vormen.

Dan noteer je een paar dingen:
1. Wie of wat is in deze gebeurtenis de acteur?
2. Wat is de actie?
Deze twee zaken komen in elke goede zin voor.

3. Welke andere personen of objecten doen hier aan mee?
4. Welke zinsdelen gaan over de situatie/plaats?
5. Welke zinsdelen gaan over de tijd/periode?

6. Welke woorden geven verbanden aan en wat betekenen die? Kan je dat ook op een andere manier zeggen? (denk aan woorden als: en, maar, omdat, daarom, tegelijkertijd, vervolgens, die, dit, dat, deze etc.)

Probeer het een paar keer. Daarna zal je beter begrijpen waar grammatica over gaat.


PS. het lijkt er een beetje op dat je een post traumatisch stress syndroom hebt opgelopen ;-). Waarschijnlijk door het herhaald aanbieden van een grammaticadidactiek die niet helpt; dat is een vorm van mishandeling.

De begrippen en regels alleen al maken dat je dichtklapt. Het belangrijkste is namelijk punt 6 maar door de manier van lesgeven lijken punt 1 en 2 het belangrijkste. Dat zet je op het verkeerde been.

Grammatica is een analytische vaardigheid om de werkelijkheid achter de zin te kunnen begrijpen. En dat kan je natuurlijk al lang.