Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Wat is de betekenis van Shakespeare sonnet 99?

The forward violet thus did I chide:
Sweet thief, whence didst thou steal thy sweet that smells,
If not from my love's breath? The purple pride
Which on thy soft cheek for complexion dwells
In my love's veins thou hast too grossly dy'd.
The lily I condemned for thy hand,
And buds of marjoram had stol'n thy hair;
The roses fearfully on thorns did stand,
One blushing shame, another white despair;
A third, nor red nor white, had stol'n of both,
And to his robbery had annex'd thy breath;
But, for his theft, in pride of all his growth
A vengeful canker eat him up to death.
More flowers I noted, yet I none could see,
But sweet, or colour it had stol'n from thee.

Verwijderde gebruiker
14 jaar geleden
in: Poëzie

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Geef jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image

Antwoorden (1)

Sonnet 99 van Shakespeare bestaat uit vijftien regels in plaats van de gebruikelijke drie strofen van vier regels afgerond met een tweeregelig couplet. Daarom zou het tegenwoordig geen sonnet worden genoemd.

Zo hoorde 't vroeg viooltje mijn beklag:
Ontstal jij, dief, de geur die jou omgeeft
Mijn vriend z'n mond? Heb jij de purperpracht
Die op je wangen als gelaatskleur leeft,
Ruw in zijn aderen op kleur gebracht?
De lelie heb ik handroof aangewreven,
Je haar had marjolein al ingerekend;
En rozen stonden steels van angst te beven,
Vol schaamrood één, één desperaat verblekend.
Een derde, rood noch wit, knop als een boei,
Nam naast je rood en wit je adem mee!
Uit wraak vrat haar een rups, vol in haar groei,
Voor deze diefstal naar de ratsmodee.
Meer bloemen zag ik nog, maar daarbij geen
Die mij van jou géén geur- of kleurdief scheen.
(Vertaling: Erik Honders, 2008)

Het voorlijke viooltje sprak ik toe:
'Van wie heb jij die zoete geur, jij dief?
Mijn liefste's adem! Ook de purpergloed
Die op je blaadjes ligt komt van mijn lief.
Je doopte ze veelvuldig in zijn bloed.'
De lelie had ik nooit jouw hand gegeven.
De marjolein vergreep zich aan je haar.
De rozen met hun doorns stonden te beven.
Eén blozend, één van wanhoop wit en naar.
Een derde, rood noch wit, nam van hen beiden
En maakte daarbij ook jouw adem buit.
Hij groeide, maar moest voor zijn diefstal lijden.
Zijn leven doofde door de kanker uit.
Meer bloemen zag ik, allen waren eender
in hoe ze jou hun geur en kleur ontvreemdden.
(Vertaling: Willem van der Vegt, 2007)

Een Engelstalige toelichting op het sonnet is te vinden bij http://www.shakespeares-sonnets.com/99comm.htm
(Lees meer...)
Amadea
14 jaar geleden
Deel jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image