Konden ondergedoken orthodoxe joden koosjer eten in de tweede wereldoorlog?
Ik vroeg me af of ondergedoken joden wel altijd gelegenheid hadden koosjer te eten? Of dat ze dat voor deze afschuwelijke gelegenheid opzij hebben kunnen zetten om te kunnen overleven? Ik stel me zo voor dat er niet altijd koosjer eten voorhanden was in de oorlog. Ik heb hier nooit iets over kunnen vinden.
Gonna
http://www.joodsamsterdam.nl/pershaandejoe.htm
De Joden werden vervolgd, er werd jacht op hen gemaakt en zij werden gedeporteerd. Als een Joods gezin kon onderduiken, geloof je toch zelf niet dat degene die het onderduikadres verstrekte of de onderduikers zelf, zich gingen verraden door koosjer voedsel te kopen.
Het dragen van de gele ster was al erg genoeg, dus een extra openbare verwijzing naar hun religie door naar koosjer voedsel te vragen zou helemaal hun snelle deportatie en dood betekent hebben.
Misschien probeerden ze zich gedeeltelijk aan de voorschriften te houden door b.v. vlees te weigeren en enkel vegetarisch te eten. Dat is wat ik me af vraag. Tot hoever en in welke situatie is men bereid zich aan te passen of juist niet. Ik weet dus niet tot hoe ver men bereid is in zulke situaties zich aan de voorschriften te houden. Natuurlijk kan ik wel bedenken dat Joden in de kampen zich onmogelijk aan de voorschriften kunnen houden. Dat kan ik idd wel bedenken.
In de kampen was geen keuze tussen zich wel of niet aan de voedselvoorschriften houden, daar gold alleen maar aanpassen, alleen maar overleven.
Rantsoen van één dag (vaak minder en later alleen nog maar aardappelwater en een beschimmeld korstje brood) en hard en zwaar werk verrichten.
smorgens: halve liter koffie/thee
smiddags: iets meer dan een half kommetje aardappelsoep/koolsoep
savonds: een stukje brood van nog geen ons, een beetje margarine, een druppel zoetigheid en soms een plakje worst of kaas (vaak beschimmeld). Er was in de oorlog helemaal geen koosjer eten te koop of te krijgen.
Zolang men nog de "luxe" van kunnen onderduiken had, speelde de keuze tussen wél of níét iets eten ook geen rol. Men at wat de helpende (met gevaar voor eigen leven) familie uit de eigen mond kon sparen.
Had men geen onderduikadres dan was ook de keuze alleen maar overleven. Men vermeed zo veel mogelijk gedrag waaruit men enigszins kon afleiden dat men Joods was of er een ander mee in gevaar bracht. Er gold de waarschuwing (nu ook hoor): je verraaiers slapen niet.
De drang om te overleven is groter dan jij (gelukkig) ooit kan beseffen, als je hopelijk nooit in zo'n situatie hebt verkeerd of zal verkeren. Overlevingsdrang is het sterkste instinct van de mens, daar zet men alles, maar dan ook alles, voor opzij. Weet je Gonna, aan iemand uitleggen die het van nabij heeft meegemaakt hoeft niet, die weet het. Aan iemand uitleggen die er ver vanaf staat is onmogelijk, want kunnen begrijpen zal men het nooit.
Zelfs niet al bezoekt de huidige generatie alle ex-concentratiekampen en leest zij kilometers literatuur over deze periode.
Probeer dit boek te pakken te krijgen:
Alice Herz-Sommer, De pianiste van Theresienstadt
Mede auteur: Caroline Stoessinger kom vanavond met verhalen
hoe de oorlog is verdwenen
en herhaal ze honderd malen:
alle malen zal ik wenen.
Uit: Vrede van Leo Vroman
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.