Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland
Geef jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image

Antwoorden (1)

Dit is niet zo strak te bepalen en voor ons op het eerste zicht vrij ingewikeld,hier onder volgt een te verduidelijken uitleg:
De Osmaanse centrale bureaucratie was een heersende klasse die de belangen wist te verzoenen van de verschillende groepen in de samenleving. Enerzijds waren er de islamitische voorschriften belichaamd door şeriat. Deze gaven de organisatiestructuren en de normen van het sociale leven aan. Het familierecht, de contract- en eigendomskwesties vielen daaronder. Het stedelijke leven was georganiseerd rond de vakifs, de ambachtsgilden en de mystieke soefi ordes of de tariqats.

Anderzijds waren er de ordonnanties van de sultan, de kanun. Het basisprincipe was dat de vorst verantwoordelijk was voor het welzijn van zijn onderdanen. Zo reguleerden de kanuns de relaties tussen de regerende klasse en de andere groepen in de samenleving. Publiek recht en strafrecht waren gebaseerd op deze vorstelijke ordonnanties. Zo bestond het juridische kader dat het gebruik van landbouwgrond reguleerde uit islamitische voorschriften en die van de staat. De sharia waarborgde het beschikkingsrecht van de boeren op de landbouwgrond en de kanun reguleerde de staatscontrole op de landbouwgronden. De instemming aan de regerende macht werd bemiddeld door o.a. de tariqats (soefi orden), gilden en medreses (hoge scholen).

Enerzijds was er de regerende elite, die geen belastingen betaalde en wel wapens mocht dragen. Anderzijds was er de massa van de bevolking, de reaya (letterlijk ‘beschermde kudde’): nomaden, handelaars, ambachtslieden en boeren, die produceerden en belastingen betaalden aan de centrale staat. De regerende elite, of de Osmanen, bestond uit alle dienaren van de sultan: askerîye, de militaire en administratieve klasse die ook een groot aantal bestuursfuncties had; ilmiye, de relatief autonome groep van religieuze geleerden die belast waren met onderwijs en met rechtspraak; mülkiye, de functionarissen van het bestuursapparaat; en kalemiye, de klerken en scribenten van het bestuursapparaat. De laatste twee groepen waren ook belast met het financiële bestuur van het rijk. De centrale bureaucratie die ontheven was van de productieactiviteiten, stond als vertegenwoordiger van de sultan in voor het inzamelen van de belastingen en stond in voor de reproductie van de sociale structuren.
(Lees meer...)
fremar
11 jaar geleden
Deel jouw antwoord

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

/
Geef Antwoord
+
Selected image