Hoe kan het einde van Bezonken rood -Jeroen Brouwers geïnterpreteerd worden? (stuk voor het raam met de mist)
Hij accepteert als het ware zichzelf nu, de dingen die hij heeft meegemaakt maar wat symboliseerd de mist die tussen hem en zijn buitenraam staat en langzamerhand over het glas begint te schuiven (waterdruppels) zodat er tussen hem en zijn andere 'ik' een web van traliemotief onstaat en hij zijn gezicht in de minst in vloeibaarheid ziet onbinden --> komt zo ongeveer uit het einde van het boek.
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.