Word bij een algemeen bloedonderzoek ook de IgM waarden bepaald ?

Normaal gesproken worden vooral de volgende waarden getest: cholesterol, triglyceriden, creatinine (nierfunctie), alanineaminotranferase (ALAT, leverfunctie), natrium, kalium, glucose, BSE (bezinkingssnelheid der erytrocyten, om algemene infecties en ontstekingen aan te tonen), thyroïdstimulerend hormoon (TSH) en hemoglobine.

Immunoglobulines, waaronder IgM, worden bepaald in een immunoglobulinetest om veelvuldige infecties op te sporen.

Bij een compleet bloedonderzoek worden in het bloedmonster gemiddelde grootte, vorm en aantal gemeten van de rode bloedcellen (erytrocyten) en de witte bloedcellen (leukocyten) en het aantal bloedplaatjes (trombocyten) wordt geteld. De gemeten waarden worden vergeleken met normaalwaarden. Dit bloedonderzoek gebeurt in een geautomatiseerde meetopstelling. Als er afwijkingen worden gevonden, zal het bloed verder worden onderzocht onder de microscoop.