Hoe komt het dat er door de zon sproeten ontstaan bij sommigen en bij anderen niet?

Er is een familiale factor, de neiging om veel sproeten te hebben komt voor in sommige families, waarschijnlijk in autosomale dominante vorm. Bij zeer veel epheliden denken aan syndromen zoals het Peutz-Jeghers syndroom of lentiginosen. Efeliden zijn ongevaarlijk, ze kunnen niet ontaarden in een melanoom. Wel is het hebben van veel efeliden een signaal dat de huid veel aan zon is blootgesteld. Sproeten kunnen worden voorkomen door de huid goed te beschermen tegen de zon (insmeren met zonnebrandcrèmes). Met het ouder worden trekken sproeten meestal vanzelf weg.

Het heeft te maken met ophoping van pigment vlekken

Iedereen heeft sproeten, de een veel meer dan de ander. Sproeten zijn kleine bruine vlekjes, meestal zo klein als een speldenknopje. Ze ontstaan wanneer melanine (het pigment dat zorgt voor de kleur van je huid en haren) niet gelijkmatig is verdeeld. Sproeten zijn dus eigenlijk klontjes melanine.

Als de zon schijnt krijg je meer melanine waardoor je een mooie bruine kleur krijgt, om dezelfde reden ontstaan dan ook vaak zomersproeten of kan je de sproeten die je hebt beter zien.

Sproeten zijn onschuldig en kunnen niet net als sommige moedervlekken plotseling veranderen. Niet iedereen vindt het leuk om sproeten te hebben, maar toch wordt het hebben van sproeten als een van de zeven schoonheden gezien, dus.... snel naar buiten met die sproeten.