Kan het louter aanvaarden van een "negatieve" eigenschap leiden tot persoonlijke groei?
Ik lees op dit moment een boek dat geïnspireerd is op de Oosterse filosofie. Daarin staat dat
- alle problemen beginnen met zelfverwijt
- dit zelfverwijt niet enkel je negatieve eigenschappen geldt, maar ook je interpretatie ervan (bv. "ik schaam me omdat ik niet voor mezelf ben opgekomen" en dan "ik schaam me omdat ik me altijd schaam")
- de meeste problemen ontstaan doordat mensen het slechte gevoel dat ontstaat door dit zelfverwijt, wegduwen. En dat je dus beter kan aanvaarden : okee, ik kom niet voor mezelf op, so what. Waarmee je je eigen waarde desondanks blijft voelen en erkennen.
- het slechte gevoel wegduwen gebeurt door
*associatie ("ik schaam me, oh zo vervelend, wat moet ik doen, ik moet er met iemand over praten". je valt hierbij dus samen met je eigenschap (snel schamen).
* dissociatie (bv. gaan joggen om je pijn niet meer te voelen omwille van je schaamte, compenseren ("Ik kén geen schaamte"), projecteren enz...)
De oplossing is integratie : je eigenschap aanvaarden als een vervorming van een oorspronkelijke positieve eigenschap (bv. bescheidenheid).
Nu heb ik ook een groot aantal boeken die net het omgekeerde zeggen. Dat je je als je bv. schaamte voelt moet zeggen "ik hou van mezelf, en kom nu voor mezelf op".
Dat is net het tegenovergestelde dus : je gaat hier het "negatieve" overstemmen met "positieve" boodschappen om jezelf zo te "herprogrammeren".
Kan louter aanvaarding van jezelf (integratie) op de duur ook leiden tot deze herprogrammatie?