Waarom wordt de berekening van de mate van arbeidsongeschiktheid voor de Wia ook wel ''theoretische schatting genoemd?

Omdat voor de mate van arbeidsgeschiktheid gekeken wordt welke functie iemand nog zou kunnen uitvoeren (en wat hij daarmee zou kunnen verdienen) zonder dat die functie daadwerkelijk beschikbaar hoeft te zijn.

"Je arbeidsongeschiktheidspercentage wordt berekend door een vergelijking te maken tussen wat je verdiende voordat je ziek werd (het maatmanloon) en wat je nu met je klachten nog zou kunnen verdienen (resterende verdiencapaciteit). Dit verschil (het verlies aan verdiencapaciteit door ziekte) in een percentage uitgedrukt is je arbeidsongeschiktheid.

Het maatmanloon wordt bepaald over wat je in het jaar voordat je ziek werd gemiddeld verdiende. Het gaat daarbij om het sv-loon, dat is het loon waarover sociale verzkeringspremies zijn betaald. Wisselende inkomsten tellen ook mee.

Het UWV bepaalt de resterende verdiencapaciteit door te kijken naar wat je in theorie nog zou kunnen verdienen in functies die de arbeidsdeskundige selecteert uit een computerbestand (theoretische schatting) en naar wat je in de praktijk nog daadwerkelijk verdient in passende arbeid (praktische schatting). Het hoogste inkomen van de twee bepaalt je arbeidsongeschiktheidspercentage.

Om voor WIA in aanmerking te kunnen komen moet je minimaal 35% arbeidsongeschikt zijn. Je verlies aan verdiencapaciteit moet dus minimaal 35% van je maatmanloon zijn. "