Wat gebeurd er qua concurrentiepositie van een EU-land als daar de inflatie meer stijgt dan in een ander EU-land?

Inderdaad: dat kan dus niet. Dat de bakker om de hoek meer voor zijn brood vraagt dan de bakker in Zuid-Frankrijk, dat kan nog. Maar als de prijzen in het ene euroland hoger liggen dan in het andere, en het gaat om produkten die je makkelijk kunt verhandelen, dan komt er handel op gang, zodat het prijsverschil snel verdwijnt.
Daar ligt dan ook een zwakte van het eurostelsel: vroeger kon de waarde van de ene munt dalen ten opzichte van de andere. Binnenlands betekende dat inflatie, buitenlands daling van de wisselkoers. Voor een land met een zwakke economie was dat een oplossing. De mensen in dat land werden wel armer (hun geld werd minder waard), maar de export werd goedkoper en de import duurder, dus dat stimuleerde de handel. Nu kan dat niet meer, omdat de eurolanden dezelfde munt hebben. Omdat het ene land economisch veel sterker is dan het andere, begint het hele stelsel te piepen en kraken. De noordelijke eurolanden hebben enorme exportoverschotten, de zuidelijke landen hebben exporttekorten die ze op den duur niet kunnen financieren.