wanneer kunnen gist- en bacterietroebeling ontstaan in bier? en hoe is dat te verkomen?

Deze ontstaan buiten de brouwerij door vervuiling
van leidingen, tapkoppen en bierkranen en door
opslag van het fust bij te hoge temperatuur. Het is
mogelijk dat enkele gistcellen de filters in de brouwerij weten te passeren en in het bier terechtkomen. Dit
is bij schone leidingen niet erg, want de gist wordt
vóór er gelegenheid is zich te ontwikkelen, meegetapt. Is echter de leiding van het fust naar de tapkraan vuil, dan kunnen de zich in het vuil bevindende bacteriën en gisten zich verder ontwikkelen
en zo het verse bier bederven. In het door de brouwerij afgeleverde bier bevinden zich geen bacteriën. De
lucht in het café of in de kelder is nooit vrij van bacteriën en andere micro-organismen. Ook deze kunnen zich in een vervuilde leiding nestelen en zo aanleiding geven tot bacterietroebeling.
Gist- en bacterietroebelingen kunnen worden vermeden door de grootst mogelijke hygiëne in acht te
nemen bij al het materiaal waarmee het bier in contact komt, vooral bij het aanslaan van fusten en bij de
tapkraan.