Hoe heet dat houten pinnetje dat het bovenblad van een viool met het onderblad?

Dat is de stapel, een stukje vurenhout in de klankkast dat de trillingen van het bovenblad overbrengt naar het onderblad. Wordt ook wel stokje genoemd, en een timmerman gebruikt er de term lange deuvel voor.

De stapel wordt geplaatst als er nog geen gespannen snaren op het instrument zitten. Het stokje staat enigszins geklemd tussen het boven- en het onderblad. Zodra de snaren gespannen worden komt de stapel vastgeklemd te zitten. Hij wordt niet gelijmd, maar blijft staan door de spanning van de snaren die de kam op het bovenblad drukken.

Zorg bij het wisselen van een snaar dat er voldoende spanning op de overige snaren blijft staan om te voorkomen dat de stapel omvalt. Als de stapel is omgevallen kan een vioolbouwer 'm weer plaatsen.
. . .
De stapel wordt gepositioneerd onder de hoogste snaar van de viool (de e-snaar) en enige millimeters lager dan het kamvoetje. De exacte plaats van de stapel is belangrijk voor de kwaliteit van het geluid en verschilt per instrument.

Een S-vormige stapelzetter wordt in de stapel geprikt en vervolgens wordt de stapel door het f-gat op zijn plek gebracht. Het plaatsen is een lastig karweitje want je kunt de stapel alleen door het f-gat benaderen om het rechtop en op de juiste plek te brengen. Met een spiegeltje kan je door het f-gat kijken of de stapel goed aansluit op het boven- en onderblad. Als het staartstuk los is kan via het gat van de pin gekeken worden of de stapel correct staat.