In hoeverre mag je merknamen intensief gebruiken in een liedje?

Het mag, sterker nog: de fabrikant van het merk zal blij zijn als je het merk in een positieve context noemt.

Tenzij het doel van het lied is de reputatie van het merk aan te tasten, of jij profiteert van de reputatie van het merk. Er moet een geldige reden zijn om het merk te gebruiken.
Je hebt natuurlijk recht op vrijheid van meningsuiting, al zitten hier ook grenzen aan (zoals smaad, opruiing en discriminatie).
Parodiëren mag weer wel. Onder het mom van een parodie mag je zelfs delen van andermans werk overnemen, zelfs wanneer dat normaal inbreuk op auteursrecht of merkrecht zou zijn.

Toegevoegd na 6 minuten:
Zo kreeg het biermerk ‘Buckler’ de volle laag in de oudejaarsconference van Youp van ’t Hek in 1989:
"Buckler, dat kent u toch wel? Dat is dat gereformeerde bier. Buckler-drinkers, daar heb ik een hekel aan. Van die lullen van een jaar of 40 die naast je in het café staan met hun autosleutels. Rot eens op, jongen, ik sta hier een beetje bezopen te worden. Ga weg gek! Ga in de kerk zuipen, idioot. Zuip dan niet, idioot!"
Volgens sommigen veroorzaakte Van ’t Hek met deze uitspraken een drastische daling van de verkoopcijfers. Een promotiecampagne vanaf 1992 mocht niet meer baten: eind 1993 werd Buckler in Nederland uit de schappen gehaald.