De winter is een lastig seizoen voor vogels in Nederland. Insecten zijn weggekropen, de bessen raken op, de zaden liggen verstopt onder sneeuw en ijs. Het is daarom voor vogels in de winter moeilijker om voedsel te vinden en ze verbruiken, vooral als het kouder is, meer energie. Hoe koud het ook is, vogels scharrelen zelf hun voedsel bij elkaar. Zo is het wenselijk om vogels bij te voeren. Zo help je vogels de koude wintermaanden door.
Hoe overleeft een vogel de kou?
Vogels hebben een lichaamstemperatuur van zo’n 40 graden Celsius. Om warm te blijven, hebben vogels een heerlijk verenkleed. Als het koud is, kost het de vogel behoorlijk wat energie om die relatief hoge lichaamstemperatuur op peil te houden. In koude nachten verliezen kleine tuinvogels 10 tot soms wel 20% procent van hun gewicht. Dat is echt heel veel. Hoe kouder het wordt, hoe meer voedselbronnen er gewenst zijn. Jij kunt hiervoor zorgen!
Wil je meer vogels in de tuin?
In de winter moeten vogels dus veel eten. Vogels komen dan ook graag in de tuin als daar voedsel voorhanden is. Dat vinden ze vooral in vet, daarom de liefde voor vetbollen. Deze zijn bijna overal te koop, let wel goed op de kwaliteit. Niet alle vetbollen zijn namelijk even goed. Dat geldt ook voor pinda’s. Koop in ieder geval nooit vetbollen in een netje. Het vaak stevige plastic kan schadelijk zijn voor de vogels. Ze raken er in verstrikt en grotere vogels vliegen weg met plastic en bol tegelijk, waardoor het netje in de natuur belandt en daar wordt opgegeten.
Welk voer is goed voor vogels?
Eigenlijk kun je ervan uitgaan dat de prijs bepalend is voor de kwaliteit. Let ook altijd op de energiewaarde van het vogelvoer. Goedkope bollen worden vaak van oud frituurvet gemaakt. Ze bieden de vogels vaak weinig energie en bevatten soms schadelijke stoffen. Dit kan ook het geval zijn met pinda’s. In onder meer granen en noten kan aflatoxine voorkomen, een natuurlijke gifstof die gemaakt wordt door schimmels. Aflatoxine is schadelijk voor mensen, maar ook voor vogels. Het is belangrijk om te kijken of de pinda’s een onafhankelijk EU-certificaat hebben, zodat je weet dat ze recent zijn getest.
Vetbollen en pindasnoeren maken
Het is een leuk om (met je kleinkinderen) je eigen vetbollen en pindasnoeren te maken. Hoe maak je een pindasnoer voor vogels? Doorboor de pinda’s met een prikpen of een spijker en rijg ze aan een katoenen draad of een stevig stuk ijzerdraad. Als je het met hele kleine kinderen doet, kun je alvast de gaatjes voor prikken in de pinda’s. Geen zin in of geen tijd voor een snoer? Dan zijn er ook speciale pindasilo’s te koop.
Een speciale pot pindakaas
Misschien heb je er ooit wel eens over gelezen. Het is namelijk een groot succes, de pindakaas voor vogels. Er zijn speciale houders te krijgen waar je de pindakaas pot in kunt zetten. Let wel op: gebruik nooit de pindakaas die wij zelf gebruiken: daar zit te veel zout in. Er is speciale vogelpindakaas te koop en vooral mezen, sijzen, spechten en boomklevers zijn hier dol op.
Wat is de ideale plek voor het vogelvoer?
Zorg er altijd voor dat het vogelvoer in de buurt van beschutting wordt aangeboden. Bijvoorbeeld naast een struik of heg. Bij gevaar kunnen vogels zich dan snel verstoppen. Het moet daarnaast een plek zijn waar katten niet gemakkelijk kunnen komen. Is het heel nat buiten? Dan is het belangrijk dat het voer niet beschimmelt. Een voederhuisje met een dakje is een goed idee. Houd ook altijd het voederplankje schoon en gooi bijvoorbeeld nooit gekookte etensresten in de tuin: die gaan snel schimmelen. Kies liever voor speciale zadenmixen en strooivoer. Zowel op voedertafels als op de grond als ‘hangend’ in silo’s of aan snoeren: dan krijg je allemaal verschillende vogels die elk hun eigen plaats aan het buffet hebben.
Zorg voor voldoende drinkwater voor de vogels
Vogels hebben vocht nodig en vinden dat meestal in de natuur. Als het zomers droog is, denken we er wel aan om drinkwater te geven. Maar ook in de winter kan het droog worden. Zet daarom dagelijks vers drinkwater neer. Het is dan niet zo erg als de vogels daar ook in badderen, want het water glijdt zo van hun veren af, die voorzien zijn van een dun laagje was of vet. Gaat het harder vriezen, dan kun je beter geen open water aanbieden, maar een omgekeerd bloempotje in het waterbakje zetten. Ze kunnen dan wel drinken, maar niet in bad. Een klein vogeltje is zo vastgevroren … Dat moet je natuurlijk niet hebben!
Vogelhuisje in de winter
We helpen vogels in de winter niet alleen met voer, maar ook met onderdak. Nestkastjes worden niet alleen gebruikt om te broeden in de lente, ook als bescherming tegen de kou. Zorg ervoor dat het vogelhuisje schoon is, want nadat de jonge vogels zijn uitgevlogen, kunnen er parasieten en schimmels in achterblijven. Wil je een eigen vogelhuisje maken? Lees hier het stappenplan om zelf een vogelhuisje te maken.
Vervolgens is de hangplek belangrijk. Hang hem zo op dat er geen wind of regen inslaat. De invliegopening van het vogelhuisje moet op het noorden, noordoosten of oosten gericht zijn. En hang het nesthuisje veilig voor indringers. Als vogels het eenmaal ontdekt hebben, trekken ze graag bij je in. Voor jou ook nog eens erg gezellig.
Het belangrijk daarnaast ook belangrijk om je tuin voor te bereiden op de winter: Zo maak je de tuin winterklaar.